GEBRUIKS- EN ONDERHOUDSHANDLEIDING
Onderhoud
De lange levensduur van de machine en de maximale werkingsveiligheid worden gewaarborgd door
een nauwgezet en regelmatig onderhoud.
De termijnen aangegeven in de overzichtstabel voor het onderhoud hebben betrekking op normale
gebruiksomstandigheden; bij moeilijke werkomstandigheden (extreme temperaturen, vervuilde atmosfeer,
hoge vochtigheidsgraad, grote hoogte enz.) moeten de onderhoudsintervallen worden verkort.
De regelmaat en omvang van het periodieke onderhoud en de controles kunnen afhankelijk zijn van
landelijke regelgevingen.
Wij bevelen ten minste één controle per jaar aan door een erkend technisch servicecentrum.
Reiniging van de machine
Maak op het eind van elke werkperiode of wanneer u dit nodig acht de machine schoon:
•
Maak alle oppervlakken schoon met perslucht, waarbij u de vorming van vuilophopingen moet
voorkomen.
•
Spuit een normaal ontvettingsproduct op het oppervlak en verwijder het achtergebleven vuil met
katoenen poetslappen.
Gebruik nooit verdunners, schrapers of staalborstels om de gelakte oppervlakken niet
Reinig de machine niet met waterstralen onder druk Het binnendringen van water of
vocht in de elektrische onderdelen kan leiden tot storingen en/of beschadigingen aan
Wielen verwisselen
De wielen moeten worden verwisseld wanneer:
•
De totale wieldiameter kleiner is dan die vermeld in de tabel met de technische gegevens.
•
Er sporen van ongewone slijtage worden geconstateerd zoals sneden, scheuren of afgebroken
stukken.
•
Het metalen gedeelte zichtbaar is door het loopvlak.
te beschadigen.
de elektrische/elektronische besturingsorganen.
86
IM 14220 E - IM 17220 E