GEBRUIKS- EN ONDERHOUDSHANDLEIDING
Elektronisch circuit
De elektronische apparatuur bestaat uit drie microprocessor gestuurde regeleenheden voor de werking
van de machine: twee regeleenheden bevinden zich in de onderwagen en een regeleenheid in het
bedieningspaneel op het platform. Deze regeleenheden staan via het CAN-Bus overdrachtsprotocol met
elkaar in verbinding.
De hoofdregeleenheid heeft als taak het besturen en bedienen van de machine en zorgt bovendien voor:
•
de controle van de last op het platform
•
bediening van de stabilisatoren
De elektronische apparatuur omvat andere elektronische microprocessor gestuurde apparaten met de
volgende functies:
•
controle van de hellingshoek van de machine
De display in het bedieningspaneel signaleert:
•
de werkuren
•
de acculaadstatus
•
de door de zelfdiagnose van de hoofdkaart geconstateerde storings- en foutcodes.
27
IM 14220 E - IM 17220 E