Mededeling
Controleer opening brandstoftank
Ga als volgt te werk als het bericht
verschijnt:
1.
Breng de auto tot stilstand zodra dit
veilig kan en schakel de motor uit.
2. Schakel naar de parkeerstand (P) of
de neutraalstand (N).
3. Schakel de parkeerrem in.
4. Open de tankklep volledig.
5. Controleer de vulklep van de
brandstoftank op vuil dat de beweging
ervan kan hinderen.
6. Verwijder alle vuil van de vulklep van
de brandstoftank.
7.
Steek een tankpistool of de trechter,
die bij uw auto is geleverd, volledig in
de brandstofvulleiding. Zie Locatie
tanktrechter (bladzijde 180). Zo wordt
het vuil losgemaakt waardoor de
vulklep van de brandstoftank niet
volledig kon sluiten.
8. Verwijder het vulpistool of de
tanktrechter uit de brandstofvulleiding.
9. Sluit de tankklep volledig.
N.B.: Het bericht wordt wellicht niet
onmiddellijk gereset. Als het bericht steeds
opnieuw wordt weergegeven en een
waarschuwingslampje blijft branden, laat
uw auto dan zo snel mogelijk controleren.
BRANDSTOFVERBRUIK
We leiden de cijfers over CO2-waarden en
brandstofverbruik af van laboratoriumtests
volgens Richtlijn (EG) 715/2007 of CR (EG)
692-2008 en aanvullingen daarop.
Fiesta (CE1) Vehicles Built From: 15-03-2021 Vehicles Built Up To: 24-10-2021, CG3654nlNLD nlNLD, Edition date: 202012, First-Printing
Brandstof en tanken
Deze gegevens zijn bedoeld voor het
vergelijken van merken en modellen. Ze
zijn niet bedoeld als weergave van het
werkelijke brandstofverbruik van uw auto.
Het brandstofverbruik onder
praktijkomstandigheden is afhankelijk van
een groot aantal factoren, bijvoorbeeld
rijstijl, rijden met hoge snelheid, stop-start
verkeer, gebruik van airconditioning,
geplaatste accessoires, beladingstoestand
en slepen van een aanhanger.
Genoemde hoeveelheid
De genoemde hoeveelheid is de
maximumhoeveelheid brandstof die u kunt
toevoegen aan de brandstoftank wanneer
de brandstofmeter een lege tank aangeeft.
Zie Inhouden en specificaties (bladzijde
363).
Bovendien bevat de brandstoftank nog een
tankreserve. De tankreserve is een
bepaalde hoeveelheid brandstof die in de
brandstoftank blijft wanneer de
brandstofmeter een lege tank aangeeft.
N.B.: De hoeveelheid brandstof in de
tankreserve kan verschillen en er mag niet
op worden vertrouwd om het rijbereik te
vergroten.
Brandstofverbruik
Uw auto berekent het brandstofverbruik
op basis van de functie gemiddeld verbruik
van de tripcomputer. Zie Tripcomputer
(bladzijde 114).
De eerste 1.500 km is de inrijperiode van
de motor. Na 3.000 km wordt een meer
nauwkeurige meting verkregen.
Invloed op brandstofverbruik
•
•
•
184
Onjuiste bandenspanning. Zie
Bandenspanning (bladzijde 343).
Uw auto volledig laden.
Onnodig gewicht vervoeren.