1 m (Belichtingscorrectie)-
knop
Indrukken om de waarden
voor belichtingscorrectie
in te stellen. (p.100)
Draai om de instelling te
wijzigen aan de e-knop (S)
op de achterzijde terwijl u
de u op de knop m drukt.
2 d (Groene)-knop
Druk in om de aan te passen
waarden te resetten.
3 Ontspanknop
Druk deze knop in om opnamen
te maken. (p.69)
4 Hoofdschakelaar
Bewegen om de camera uit
en aan te zetten. (p.61)
5 E-knop aan de
voorzijde (R)
Hiermee wordt de ingestelde
waarde gewijzigd.
U kunt het menu wijzigen indien
een menuscherm getoond
wordt. (p.43)
6 Ontgrendelknop
voor objectief
Druk deze knop in om een
objectief te verwijderen. (p.59)
7 Functiekiezer
Hiermee wordt
de opnamemodus
gewijzigd. (p.88)
8 E (Uitklappen flitser)-knop
Indrukken om de ingebouwde
flitser uit te klappen. (p.75)
9 V/Y-knop
U kunt aan deze knop een
functie toewijzen. (p.180)
0 Schakelaar
scherpstelstand
Hiermee wordt de
scherpstelmodus gewijzigd.
(p.110)
a U/i(Live Weergave)-
knop
Hiermee wordt de Live
Weergave getoond. (p.27)
Hiermee wordt de opname
tijdens Instant Review
verwijderd. (p.69)
b M-knop
Hiermee wordt het
bedieningspaneel getoond.
(p.29) Druk twee maal
om het type informatie in
standbymodus te wijzigen.
(p.30)
c E-knop aan de
achterzijde (S)
De sluitertijd, het diafragma,
de gevoeligheid en de
belichtingscorrectie instellen.
(p.97)
U kunt de instellingen wijzigen
indien het bedieningspaneel
panel getoond wordt. (p.42)
U kunt het menu wijzigen indien
een menuscherm getoond
wordt. (p.43)
d =/L-knop
U kunt met deze knop
scherpstellen op het onderwerp
of de belichtingswaarde
vergrendelen. (p.104, p.182)
21
1