9. Opsporen van storingen
WAARSCHUWING
Elektrische schok
Dood of ernstig persoonlijk letsel
‐
Voordat u begint met het opsporen van
storingen moet de voedingsspanning
zijn uitgeschakeld. Zorg ervoor dat de
voedingsspanning niet per ongeluk kan
worden ingeschakeld.
VOORZICHTIG
Beknelling van de handen
Gering of beperkt persoonlijk letsel
‐
Zorg ervoor dat alle draaiende
onderdelen niet meer bewegen.
9.1 Motor schakelt niet in. Zekeringen slaan
door of motorstarter schakelt de motor
direct uit.
Let op: Start niet opnieuw!
Oorzaak
Voedingsstoring;
kortsluiting;
aardlekstoring in
kabel- of
motorwikkeling
Zekeringen branden
door omdat ze niet
van het juiste type zijn
Waaier is verstopt
door
verontreinigingen
9.2 Pomp werkt, maar motorstarter schakelt
na een korte tijd uit.
Oorzaak
Lage instelling van
thermisch relais in
motorstarter
Verhoogd
stroomverbruik
vanwege groot
spanningsverlies
Waaier is verstopt
door
verontreinigingen.
Verhoogd opgenomen
vermogen op alle drie
de fasen.
Oplossing
•
Laat de kabel en motor
controleren en
repareren door een
bevoegd elektricien.
•
Installeer zekeringen
van het juiste type.
•
Reinig de waaier.
Oplossing
•
Stel het relais in
volgens de
specificaties op het
typeplaatje.
•
Meet de spanning
tussen motorfasen.
Tolerantie: ± 10 %.
•
Reinig de waaier.
9.3 De pomp werkt met te lage capaciteit en
energieverbruik.
Oorzaak
Waaier geblokkeerd
door
verontreinigingen.
Onjuiste draairichting. •
9.4 De pomp werkt, maar er komt geen
vloeistof.
Oorzaak
Persklep is gesloten
of geblokkeerd
Terugslagklep is
geblokkeerd
Lucht in de pomp
Oplossing
•
Reinig de waaier.
Controleer de
draairichting en
verwissel zo nodig
twee fasen.
Oplossing
•
Controleer de persklep
en open en/of reinig
deze indien nodig.
•
Reinig de keerklep.
•
Ontlucht de pomp.
203