Uitlaatgas
Drainage
Bij een uitlaatgasleiding met een lengte van > 2 m dient een drainage (niet-
roestend) gebruikt te worden!
A) Met behulp van een T-stuk op het diepste punt van de uitlaatgasleiding
of
B) als het verwarmingsapparaat zich zelf op het diepste punt bevindt: via
uitlaatverbindingsstuk met geïntegreerde drainage.
Geschikte componenten: zie Webasto-toebehorencatalogus.
Gebruik indien nodig een opvangreservoir of afvoerslang voor condensaat.
Drainageaansluitingen zijn er in verschillende uitvoeringen.
Afb. 30
Drainageaansluitingen
30
Scheepsluchtverwarmingsapparaten
Air Top 2000 STC / Evo 40 / Evo 55
8.5.
Thermische isolatie
Houd bij het aanleggen van de uitlaatgasleiding rekening met het volgende:
Voorkom contact tussen de hete uitlaatgasleiding en temperatuurgevoe-
lige voorwerpen, zoals elektriciteitsleidingen, waterleidingen, kunststof
onderdelen, zeilen of de scheepsromp!
Indien contact met personen/voorwerpen tijdens het gebruik van de ver-
warming mogelijk is: isoleer de uitlaatgasleiding of plaats een bescher-
mingsinrichting tegen aanraking! Geschikte uitlaatgasisolaties: zie
Webasto-toebehorencatalogus.
Afb. 31
Uitlaatgasisolatieslang
Oppervlaktetemperatuur ≤ 80°C !
Minimale afstand tot wanden ≥ 20 mm.
8.6.
Zwanenhals
Laatste stuk van de uitlaatgasleiding: zwanenhals met niveauverschil naar de
uitlaat toe (wegens mogelijk binnendringen van water)!
Hoogte van de zwanenhals: ≥ 20 cm.