aan op de m (microfoon) aansluiting van de
IC-recorder en past u het volumeniveau aan
op het apparaat dat op de IC-recorder is
aangesloten.
Opnemen met de functie
gesynchroniseerd opnemen
De IC-recorder pauzeert als er langer dan 2
seconden geen geluid wordt waargenomen.
De IC-recorder begint weer met opnemen
als nieuw bestand wanneer geluid wordt
waargenomen.
1
Selecteer het tabblad
"SYNC REC" in het menu en druk op
/ENT.
N
2
Druk op
v
of
om "ON" te selecteren en druk
vervolgens op
"SYNC REC" is ingesteld op "OFF" bij
aankoop van de IC-recorder.
3
Druk op
STOP om de menustand af te
x
sluiten.
56
NL
(opnemen) t
V
op de bedieningstoets
N
/ENT.
4
Sluit andere apparatuur op de
IC-recorder aan wanneer de IC-recorder
in de stopstand staat.
Sluit de audioaansluiting
(stereoministekker) van andere
apparatuur aan op de m (microfoon)
aansluiting van de IC-recorder via een in
de handel verkrijgbare audiokabel.
"Select Input" wordt weergeven in het
display.
Als "Select Input" niet wordt
weergegeven, stelt u het in het menu in
(pagina 98).
5
Druk op
of
op de bedieningstoets
v
V
om "Audio IN" te selecteren en druk
vervolgens op
N
"Select Input" is ingesteld op "MIC IN"
bij aankoop van de IC-recorder.
6
Druk op
z
REC/PAUSE om met
opnemen te beginnen.
"
" knippert en de IC-recorder
schakelt over naar de opnamepauzestand.
/ENT.