1
Sluit de
(USB) aansluiting van de
IC-recorder aan op de USB-poort van de
ingeschakelde computer met de
meegeleverde USB-aansluitkabel. Zorg
dat de stekkers stevig in de aansluitingen
zijn gestoken.
2
Controleer of de IC-recorder goed
herkend wordt.
Open op het Windows-scherm "Deze
computer" of "Computer" en controleer
of de "IC RECORDER" of "MEMORY
CARD" wordt herkend.
Controleer op een Macintosh-scherm of
een "IC RECORDER" of "MEMORY
CARD"-station op het bureaublad wordt
weergegeven.
De IC-recorder wordt herkend door de
computer zodra de aansluiting tot stand
komt. Terwijl de IC-recorder op de
computer wordt aangesloten, wordt
"Connecting" in het display van de
IC-recorder weergegeven.
P Opmerkingen
• Als u meer dan twee USB-apparaten aansluit
op uw computer, kan een normale werking
niet worden gegarandeerd.
• Als u de IC-recorder gebruikt met een USB-
hub of een andere extra USB-aansluitkabel
112
NL
dan die wordt meegeleverd, kan de werking
niet worden gegarandeerd.
• Er kan een storing optreden afhankelijk van
tegelijkertijd aangesloten USB-apparaten.
• Voordat u de IC-recorder aansluit op de
computer, controleert u of de batterijen in de
IC-recorder zijn geplaatst.
• U kunt het beste de IC-recorder van de
computer loskoppelen als u de op de
computer aangesloten IC-recorder niet
gebruikt.
Structuur van mappen en
bestanden
De mappen en bestanden worden op het
computerscherm weergegeven zoals
getoond.
Op een Windows-scherm met Verkenner en
op een Macintosh-scherm met Finder,
kunnen mappen en bestanden worden
weergegeven door "IC RECORDER" of
"MEMORY CARD" te openen.