•
•
•
•
» Waterhardheid < 1 is OK.
11. Stel de gewenste zachtwaterhardheid in.
•
•
•
•
•
» Zachtwaterhardheid 3 - 6 °dH = OK, anders herhalen.
12. Sluit de waterkraan.
13. Start de testregeneratie met ENTER.
» Restduur XX:XX min.
6.2
Product aan exploitant overdragen
Ga bij de overdracht van het product als volgt te werk:
1. Instrueer de exploitant m.b.t. de functie van de onthardingsinstallatie.
2. Overhandig de exploitant alle documenten, zodat hij deze kan bewaren.
3. Maak de exploitant met behulp van de handleiding wegwijs en beantwoord zijn
vragen.
4. Attendeer de exploitant op vereiste inspecties en onderhoudsbeurten.
5. Attendeer de exploitant op de invloed van de waterhardheid op de dosering van
was- en reinigingsmiddelen.
Sluit de mengklep helemaal (naar rechts draaien).
Open de waterkraan helemaal, tap koud water af (laat lopen).
Neem een watermonster van 5 ml.
Stel met de watertester de zachtwaterhardheid vast (zie hoofdstuk 7.4).
Zet de mengklep in de middenpositie.
Neem een watermonster van 5 ml.
Zachtwaterhardheid 3 ... Stel 6 °dH in.
Naar rechts draaien reduceert de zachtwaterhardheid, naar links draaien
verhoogt de zachtwaterhardheid.
Neem het max. natriumgehalte in acht (zie hoofdstuk 12.2).
Fixeer de vastzetschroef.
Uitzondering voor Oostenrijk: In Oostenrijk moet onthard water een
zachtwaterhardheid van min. 8,4 °dH hebben.
De testregeneratie duurt ca. 12 minuten.
Inbedrijfstelling
41 | 72