3. Bevestig de spoelwaterslang. (regeneratiewater stroomt met druk uit).
4. Kort de overloopslang (buitendiameter 16 mm) in tot de benodigde lengte.
5. Leid de overloopslang met afschot naar het afvoerkanaal.
6. Let op vrije afvoer naar het kanaal.
7. Bevestig de overloopslang.
5.3.4
In- en uitgangen van de besturing
De besturing beschikt over een potentiaalvrije in- en uitgang. De functies worden in
hoofdstuk 4.5.1 toegelicht.
Pos.
Beschrijving
1
Programmeerbare ingang
DigIN
Afb. 15:
In- en uitgangen van de besturing
Een afvoeraansluiting DN 50 conform DIN EN 1717 voor kleine
onthardingsinstallaties vergemakkelijkt de aansluiting volgens DIN-norm (zie
hoofdstuk 3.7).
De spoelwaterslang kan indien nodig max. 2,0 m over de vloer worden
geleid. Bij een hoge afvoeraansluiting is echter de aansluiting van de
overloopslang van de zouttank niet mogelijk.
Pos.
Beschrijving
2
Potentiaalvrije uitgang
max. 230 V / max. 1 A
pot.v.b. (No)
Installatie
1
2
37 | 72