Montageverloop
Elektrisch aansluiten
Basisprintplaat
Opmerkingen bij de aansluitwaarden
Het aangegeven vermogen is het geadviseerde aan-
■
sluitvermogen.
■
De som van de vermogens van alle direct op de
warmtepompregeling aangesloten componenten
(bijv. pompen, kleppen, meldinrichtingen, relais) mag
1000 W niet overschrijden.
Als het totale vermogen ≤ 1000 W is, kan het afzon-
derlijke vermogen van een component (bijvoorbeeld
pomp, klep, meldinrichting, relais) groter dan opge-
geven worden gekozen. Daarbij mag het schakelver-
mogen van het overeenkomstige relais niet worden
overschreden.
De aangegeven stroomwaarde geeft de maximale
■
schakelstroom van het schakelcontact aan (totale
stroom van 5 A in acht nemen).
■
Aansturing externe warmtegenerator en groeps-
alarmmelding zijn niet voor veiligheidslaagspanning
geschikt.
Bedrijfscomponenten 230 V~
Stekker
sYA
Klemmen
Functie
211.1
Primaire pomp (warmtepomp 1e
■
trap of gemeenschappelijke primai-
1.
re pomp)
aansturing bronpomp
■
Afb. 23
211.2
Secundaire pomp (warmtepomp 1e
trap)
1.
211.3
Aansturing verwarmingswater-door-
1.
stroomtoestel trap 1
r
Afb. 23
211.4
3-weg-omschakelklep "Verwarmen/
r
M
■
tapwateropwarming"
Circulatiepomp voor de boilerop-
■
warming
26
(vervolg)
Vereiste parameters bij de inbedrijfstelling instellen:
Zie vanaf pagina 54.
Verklaring
Aansluitwaarden
Vermogen: 200 W
■
Spanning: 230 V~
■
Maximale schakelstroom: 4(2) A
■
Bij installatie zonder warmwaterbuffer is verder geen
■
CV-pomp nodig (zie klem 212.2)
Thermostaat als maximumtemperatuurbegrenzing
■
voor vloerverwarmingscircuit (indien aanwezig) in se-
rie aansluiten.
Aansluitwaarden
Vermogen: 140 W
■
Spanning: 230 V~
■
Maximale schakelstroom: 4(2) A
■
Aansluitwaarden
Vermogen: 10 W
■
Spanning: 230 V~
■
Maximale schakelstroom: 4(2) A
■
Aansluitwaarden
Vermogen: 130 W
■
Spanning: 230 V~
■
Maximale schakelstroom: 4(2) A
■