1
2
Figuur 30
1. Schuimelement
A. Was het schuimelement in een oplossing van
vloeibare zeep en warm water.
B. Knijp het goed uit om het vuil te verwijderen,
zonder te wringen omdat het schuim dan kan
scheuren.
C. Droog het schuimelement door dit te wikkelen in
een schone doek. Knijp de doek en het
schuimelement uit om ze droog te laten worden.
D. Drenk het schuimelement door en door in schone
motorolie.
E. Knijp het element uit om overtollige olie te
verwijderen en de olie goed te verdelen. Het element
moet vochtig van de olie zijn.
5. Controleer de conditie van het papierelement. Dit moet
u reinigen of indien nodig vervangen.
6. Monteer het schuimelement, het papierelement en het
luchtfilterdeksel.
Belangrijk
Gebruik de motor niet zonder het
luchtfilterelement omdat dit kan leiden tot overmatige
slijtage en beschadiging van de motor.
2. Papierelement
25
Bougie vervangen
Gebruik een NGK BPR 5ES bougie of een bougie van een
equivalent type. De correcte elektrodenafstand is 0,05 tot
0,07 cm. Verwijder de bougie om de 100 bedrijfsuren en
controleer de conditie ervan.
1. Trek de kabel van de bougie.
2. Reinig de omgeving van de bougie en verwijder de
bougie uit de cilinderkop (Fig. 31).
Belangrijk
Als de bougie gebarsten of vuil is, moet
deze worden vervangen. U mag de elektroden niet
zandstralen, afkrabben of reinigen omdat hierdoor
gruis kan losraken en in de cilinder terechtkomen. Dit
kan leiden tot beschadiging van de motor.
1
Figuur 31
1. Bougie
3. Zorg ervoor dat de elektrodenafstand 0,05 tot 0,07 cm
bedraagt (Fig. 32).
4. Plaats een bougie met de juiste elektrodenafstand en
draai deze vast met een torsie van 23 Nm.
Figuur 32
0,05–0,07 cm