Opnameopties: het opnamemenu
Persoonlijke instellingen kiezen voor beeldoptimalisering: Eigen
Selecteer Eigen om uw voorkeursinstellingen vast te leggen voor de
volgende opties. Na het aanpassen van de instellingen markeert u
Gereed en drukt u op Q.
Verscherping
Kies hoe sterk contouren tijdens de opname moeten worden verscherpt: Automatisch,
Normaal, Laag, Medium laag, Medium hoog, Hoog of Geen. Selecteer een hoge instelling
voor extra scherpe contouren, en een lage instelling voor zachtere contouren. De
standaardinstelling is Automatisch.
Tooncompensatie
Kies het gewenste contrastniveau: Automatisch, Normaal, Minder contrast, Medium laag,
Medium hoog, Meer contrast of Eigen. Met een lage instelling voorkomt u bij een felle
verlichting of in de volle zon detailverlies in de hoge lichten. Een hoge instelling zorgt voor
behoud van details bij mistige landschappen en andere onderwerpen met een laag contrast. De
standaardinstelling is Automatisch. Kies Eigen om een zelfgedefinieerde tooncurve te
selecteren die u hebt gemaakt met Camera Control Pro 2 (apart leverbaar; A 156). Raadpleeg
voor meer informatie de handleiding van Camera Control Pro 2.
Kleurstand
Selecteer een van de onderstaande manieren waarop kleuren moeten worden weergegeven.
Ia (sRGB)
Bij deze optie worden de foto's aangepast aan de sRGB-kleurruimte en zijn ze zonder verder
aanpassing geschikt voor printen of algemeen gebruik. Selecteer deze optie bij portretten.
II (Adobe RGB)
Bij deze optie worden de foto's aangepast aan de Adobe RGB-kleurruimte die een groter
kleurengamma ondersteunt dan sRGB. Deze optie geniet de voorkeur voor foto's die intensief
zullen worden bewerkt of geretoucheerd.
IIIa (sRGB) (standaardinstelling)
Bij deze optie worden de foto's aangepast aan de sRGB-kleurruimte en zijn ze zonder verder
aanpassing geschikt voor printen of algemeen gebruik. Selecteer deze optie bij natuur- en
landschapsopnamen.
Verzadiging
Kies het gewenste kleurverzadigingsniveau (kleurintensiteit): Automatisch, Normaal,
Gematigd of Verhoogd. Kies Gematigd voor minder verzadigde kleuren, of Verhoogd voor
extra levendige kleuren. De standaardinstelling is Automatisch.
Tint aanpassen
De kleurtoon is instelbaar tussen –9° en +9° in stappen van 3° (de graden hebben betrekking op
het "kleurenwiel" dat vaak wordt gebruikt om tinten aan te geven). Positieve waarden maken rode
tinten meer oranje, groene tinten blauwer en blauwe tinten paarser. Negatieve waarden maken
het rood paarser, het blauw groener, en het groen geler. De standaardinstelling is ±0.
102
Beeld optimaliseren
Eigen
Gereed
Verscherping
Tooncompensatie
Kleurstand
Verzadiging
Tint aanpassen