6 Installatie
6.6
Installatie vullen
Afb.47 Vullen van de sifon
2
44
Gas 310 ECO PRO - Gas 610 ECO PRO
1
AD-0000500-01
Zie
Handleiding van het bedieningspaneel.
6.6.1 Waterbehandeling
In veel gevallen kunnen de ketel en CV-installatie gevuld worden met nor
maal leidingwater en zal waterbehandeling niet noodzakelijk zijn.
Waarschuwing
Voeg zonder overleg met Remeha geen chemische middelen aan
het CV-water toe. Bijvoorbeeld: antivries, waterontharders, pH-
verhogende of verlagende middelen, chemische toevoegmiddelen
en/ of inhibitoren. Deze kunnen leiden tot storingen aan de ketel
en beschadiging van de warmtewisselaar.
Toelichting
De pH-waarde van het installatiewater dient voor onbehandeld
water te liggen tussen 7 en 9 en voor behandeld water tussen 7
en 8,5.
De maximale hardheid van het installatiewater dient te liggen
tussen 0,5 - 20,0 °dH (Afhankelijk van het totaal opgesteld ver
mogen).
Verdergaande informatie is te vinden in het Waterkwaliteitsvoor
schrift. Houd de voorschriften in het genoemde document altijd
aan.
6.6.2 Vullen van de sifon
1. Vul de sifon met water tot aan de markeringsstreep, via de condens
bak.
Gevaar
De sifon moet altijd voldoende met water gevuld zijn. Dit voorkomt
dat er rookgassen in het vertrek komen.
Waarschuwing
Plaats de afdichtingsdop van de condensbak weer terug
6.6.3 Vullen van de installatie
1. Maak de ketel spanningsloos.
125468 - v.06 - 07052015