6 Installatie
6.3
Gasaansluiting
6.4
Aansluitingen van de luchttoevoer/rookgasafvoer
28
Gas 310 ECO PRO - Gas 610 ECO PRO
Opgelet
Volg bij gebruik van kunststof leidingen de (aansluit) aanwijzingen
van de fabrikant op.
6.2.3 Aansluiten van de condensatie-afvoerleiding
Toelichting
Voor de ketels Gas 610 ECO PRO: de beschreven eigenschap
pen en instructies gelden per ketelmodule.
Voer het condenswater via een sifon direct af naar het riool:
1. Monteer een kunststof afvoerpijp op de sifon Ø 32 mm of groter, uit
komend op het riool.
Opgelet
Gebruik alleen kunststofmateriaal als afvoerleiding, vanwege de
zuurgraaf (pH 2 tot 5) van het condenswater.
Maak geen vaste verbinding om overdruk in het sifon te voorko
men.
2. Monteer een stankafsluiter of sifon in de afvoerpijp.
Opgelet
Dicht de condensafvoer nooit af.
Afschot afvoerpijp minimaal 5 - 10 mm per meter, maximale ho
rizontale lengte 5 meter.
Het lozen van condenswater op een dakgoot is niet toegestaan.
Toelichting
Voor de ketels Gas 610 ECO PRO: de beschreven eigenschap
pen en instructies gelden per ketelmodule.
Waarschuwing
Sluit de hoofdgaskraan voor de start van de werkzaamheden
aan de gasleidingen.
Controleer voor montage of de gasmeter voldoende capaciteit
heeft. Houd daarbij rekening met het verbruik van alle appara
ten.
Waarschuw het plaatselijke energiebedrijf als de gasmeter te
weinig capaciteit heeft.
1. Verwijder de stofdop op de gasaansluiting
2. Monteer de gasaanvoerleiding op de gasaansluiting
3. Monteer in deze leiding een gasafsluitkraan in de nabijheid van de
ketel.
Opgelet
Verwijder afval en stof uit de gasleiding.
Voer laswerkzaamheden altijd uit op voldoende afstand van de
ketel.
De ketel is standaard voorzien van een gasfilter.
De ketel is geschikt voor de volgende types rookgasaansluitingen:
Zie
Certificeringen, pagina 7.
Volg de lokaal geldende voorschriften bij het aansluiten van de rookgasaf
voer- en luchttoevoerleidingen van de ketel. De diameters van de leidin
gen moeten bepaald worden volgens de in het land geldende normen. De
totale weerstand van rookgasafvoer en luchtinlaat mag niet groter zijn dan
de maximaal toelaatbare weerstand.
.
.
125468 - v.06 - 07052015