4.
Als het indicatielampje in stap 3 hierboven
blauw blijft knipperen: Zet AL en G1 terug in
hun oorspronkelijke posities. Verwissel
vervolgens AR en G1. Als het
indicatielampje nu continu groen brandt
koppel dan AL los en sluit een nieuwe
begrenzingsdraad aan op AL. Sluit het
andere uiteinde van de nieuwe draad aan op
een punt in het midden van het vermoedelijk
defecte deel van de draad. Volg dezelfde
procedure als bij 3a) en 3 b) hierboven.
5.
Wanneer de breuk is gevonden, moet het
beschadigde deel worden vervangen door
een nieuw stuk draad. Gebruik altijd
originele koppelingen.
1201 - 001 - 05.06.2019
Probleemoplossing - 57