De doorrijbreedte van de corridor wordt
automatisch aangepast. Alleen in zeldzame
gevallen moeten handmatige instellingen worden
ingevoerd. De doorrijbreedte van de corridor kan
worden ingesteld tussen 0-9. Als de
doorrijbreedte van de corridor is ingesteld op 0,
loopt het product over de geleidingsdraad. De
fabrieksinstelling is 6 voor de begrenzingsdraad
en 9 voor de geleidingsdraad.
1.
Voer stappen 1-3 uit in
het menu op pagina 26 .
2.
Gebruik de pijltoetsen en de knop OK om de
Installatie > Geavanceerd >
menustructuur
Doorrijbreedte te doorlopen.
3.
Gebruik de pijltoetsen om een corridor te
selecteren.
4.
Gebruik de cijfertoetsen om een
doorrijbreedte van 0-9 te selecteren.
Let op: Maak de doorrijbreedte zo breed mogelijk
om het risico op lijnen in het gazon te verkleinen.
Uitrijhoeken
In de fabrieksinstelling verlaat het product het
laadstation in een richting in de uitrijsector van
90°-270°. Door de uitrijhoeken te wijzigen, wordt
het voor het product gemakkelijker de
werkgebieden te bereiken.
Als het laadstation in een doorgang is geplaatst,
kunnen er twee uitrijhoeken, bijvoorbeeld
70°-110° en 250°-290° worden gebruikt.
Bij gebruik van 2 uitrijhoeken is het nodig om
tevens te specificeren hoe vaak het product het
Sector 1 moet verlaten. Gebruik
laadstation via
Aandeel om te selecteren hoe vaak het
de functie
product elke sector moet gebruiken. Ingesteld in
%.
32 - Installatie
Toegang krijgen tot
75% betekent bijvoorbeeld dat het product het
laadstation in 75% van de gevallen verlaat via
Sector 1 en in 25% van de gevallen via Sector 2 .
De uitrijhoeken instellen
Het product rijdt weg van het laadstation met een
uitrijhoek tussen 90° en 270°. De uitrijhoeken
kunnen worden ingesteld voor 1 of 2
uitrijsectoren.
1.
Voer stappen 1-3 uit in
het menu op pagina 26 .
2.
Gebruik de pijltoetsen en de knop OK om de
Installatie >Geavanceerd >
menustructuur
Uitrijhoeken > Sector 1 of 2 te doorlopen.
3.
Gebruik de cijfertoetsen om de hoeken in
graden in te stellen.
4.
Druk op de pijltoets omlaag.
5.
Gebruik de cijfertoetsen om te selecteren
hoe vaak het product elke sector moet
gebruiken. Ingesteld in %.
6.
Druk op de knop TERUG.
De achteruitrijafstand instellen
De achteruitrijafstand is het aantal cm dat het
product omkeert wanneer dit het laadstation
verlaat. De fabrieksinstelling is 60 cm.
1.
Voer stappen 1-3 uit in
het menu op pagina 26 .
2.
Gebruik de pijltoets en de knop OK om de
Installatie > Geavanceerd >
menustructuur
Achteruitrijafstand te doorlopen.
3.
Gebruik de cijfertoetsen om de
achteruitrijafstand in cm in te stellen.
4.
Druk op de knop TERUG.
De functie Rijd over draad instellen
De voorzijde van het product beweegt zich altijd
over een bepaalde afstand langs de
begrenzingsdraad voordat het product weer naar
het werkgebied beweegt. De fabrieksinstelling is
31 cm. U kunt een afstand van 20-50 cm
selecteren.
1.
Voer stappen 1-3 uit in
het menu op pagina 26 .
2.
Gebruik de pijltoets en de knop OK om de
Instellingen > Geavanceerd >
menustructuur
Rijd over draad te doorlopen.
3.
Gebruik de cijfertoetsen om de afstand in
cm in te stellen.
4.
Druk op de knop TERUG.
Toegang krijgen tot
Toegang krijgen tot
Toegang krijgen tot
1201 - 001 - 05.06.2019