8.4.2
Instellen van het toevoersysteem
8.5
Werkbreedte en dwarsverdeling controleren
ZG- TS BAG0102.10 03.18
Het toevoersysteem wordt ingesteld conform de specificatie in
de strooitabel automatisch via elektromotor na invoer in bedienings-
terminal.
De instelling van het toevoersysteem op een hogere waarde zorgt
voor vergroting van de werkbreedte, op een kleinere waarde voor een
vermindering van de werkbreedte.
De werkbreedte wordt beïnvloedt door de strooi-eigenschappen van
de meststof.
De belangrijkste parameters die de strooi-eigenschappen beïnvloe-
den zijn
•
korrelgrootte,
•
stortgewicht,
•
toestand van het oppervlak en
•
vochtigheidsgraad.
De instelwaarden uit de strooitabel moeten als richtwaarden worden
beschouwd, omdat de strooi-eigenschappen van de meststofsoorten
kunnen veranderen.
Controleer de werkbreedte en de dwarsverdeling en optimaliseer de
instellingen van de meststofstrooier door het gebruik van:
•
mobiele testbank
•
EasyCheck
→
Zie afzonderlijke bedieningshandleiding
Instructies voor het controleren van werkbreedte en dwarsverdeling
•
Indien mogelijk bij windstilte (windsnelheden < 3 m/s).
•
Strooitest in geen geval uitvoeren bij zijwind. Indien nodig de
richting van de strooitest aanpassen aan de windrichting.
Instellingen
101