Inhoudsopgave
Advertenties
8.5 Gebruik van de tafelverlenging (fig. 6-6,2)
- Bij zeer brede werkstukken altijd de tafel verlenging (8) moet
worden gebruikt.
- Draai de klemhendel (10) en trek de tafelverlenging tot nu toe het
zaaien te vernauwen werkstuk aan kan rusten zonder pen KIP.
(Fig. 6.2)
8.6 lintzaag spanning (fig. 1)
m WAARSCHUWING! Voor langdurige uitschakeling van de zaag must
m WAARSCHUWING! Voor langdurige uitschakeling van de zaag must
m WAARSCHUWING! Voor langdurige uitschakeling van de zaag must
Bandsaw worden versoepeld, dat wil zeggen vóór het draaien van de zaag is
om het blad spanning te controleren.
• Klemschroef (1) naar rechts voor het spannen van de zaagband
(26). De juiste spanning van de band zaagblad via een
zijdelingse vingerdruk tegen de band zaagblad, ongeveer in het
midden tussen de beide Sägebandrollen (2 + 9) niet bewezen te
zijn. Hier moet de band zaagblad (26) slechts minimaal pers
(ongeveer 1-2 mm) zijn.
• Een voldoende strakke bandzaag een metalen geluid wanneer
getikt.
• Ontspan het zaagblad wanneer het niet een lange tijd in gebruik
zullen zijn, zodat het niet wordt overbelast.
m WAARSCHUWING! Bij een te hoge spanning, kan het zaaien
m WAARSCHUWING! Bij een te hoge spanning, kan het zaaien
m WAARSCHUWING! Bij een te hoge spanning, kan het zaaien
breken Geband. Kans op letsel! Bij een te lage spanning, de
aangedreven Sägeban- door roterende rol wordt geplaatst (9) blijft
hen STE waarbij de zaagband.
8.7 de zaagband afstellen (fig. 1 + 1 a)
m WAARSCHUWING! Voordat u de Sägeban- kan uit de behoeften
m WAARSCHUWING! Voordat u de Sägeban- kan uit de behoeften
m WAARSCHUWING! Voordat u de Sägeban- kan uit de behoeften
van het zaagblad de juiste spanning worden uitgevoerd.
•
Zijdeksel (13) door het losmaken van de long Deckelverriege- (12)
openen door middel van een schroef (33).
• Upper Sägebandrolle (2) langzaam rechtsom. Het zaagblad (26)
moet centraal worden uitgevoerd op de Sägebandrolle (2). Indien
dit niet zo moet de hellingshoek van de bovenste keerrol
Sägeban- (2) corrigeert het geval.
• Loopt de lintzaagblad (26), moet de Einstellschrau- (17) worden
geroteerd tegen de klok meer de achterrand van de
Sägebandrolle (2).
• Open de bevestigingsschroef voor de bovenste Sägebandrolle
(16).
• Lagere Sägebandrolle (9) DRE hen langzaam enerzijds de positie
van het zaagblad (26) te controleren.
• Loopt de lintzaagblad (26) aan de voorrand van de
Sägebandrolle (2), de stelschroef (17) wordt geroteerd met de
klok mee zijn.
• Nadat de bovenste Sägebandrolle (2) de positie van het
zaagblad (26) wordt bestuurd op unte- ren Sägebandrolle (9). Het
zaagblad (26) moet hier ook in het midden van Sägebandrolle
(9). Indien dit niet het geval is, wordt de helling van het bovenste
Sägebandrolle (2) opnieuw ingesteld.
• effect tot de instelling van de bovenste Sägebandrolle (2) op de
Sägebandposition op de onderste Sägebandrolle (9), de
Sägebandrolle is verschillende malen roteren.
•
Bevestigingsschroef voor Sägebandrolle hierboven (16) vastdraaien.
• Na correctie moet de zijdeksel (13) gesloten weer en worden
bevestigd door de coversluitingen (12) door middel van een
schroef (33).
Set 8,8 saw band (fig. 7-10)
Zowel steunlager (46 + 52) en geleidepennen (47 + 56) moeten
worden gereset na elke zaagband zijn.
• openen van het deksel (13) door het losmaken van de Deckelverrie-
gelung (12) door middel van een schroef (33).
8.8.1 Bovenste steunlager (46) (fig.7)
• loosen inbusbout steunlager bovenkant (45).
• Steunlagers (46) te bewegen tot nu toe tot het zaaien Geband
(26) net niet raakt (afstand max. 0,5 mm).
• kip inbusbout steunlager bovenste (45) opnieuw festzie-.
8.8.2 Lagere set steunlager (52) (fig. 9)
• Zaagtafel analoog de-installeren 8.1 in tegengestelde richting.
•
(51) Verwijder de inbusbout steunlagers hieronder.
• omlaag (52) bewegen steunlager zodanig dat het gewoon niet
het zaagblad (26) raakt (max afstand. 0,5 mm).
• Inbusbout steunlager bodem (51) weer vastdraaien.
8.8.3 Hoofdletters geleidingspennen (47) (fig. 7 en 8)
• Zeskantschroef los opneemhouder bovenste (50)
• de geleidingspennen bewegen houder houderplaatje (49) boven
(47), zodat de voorzijde van de geleidingspennen (47) ongeveer
1 mm achter de tandvoet van het zaagblad.
• Allen opneemhouder (50) weer vastdraaien.
m WAARSCHUWING! Het zaagblad is onbruikbaar wanneer de tanden
m WAARSCHUWING! Het zaagblad is onbruikbaar wanneer de tanden
m WAARSCHUWING! Het zaagblad is onbruikbaar wanneer de tanden
tijdens het hardlopen band zaagblad rungstifte de leiding touch.
•
Zeskantschroef los geleidingspennen bovenstaande (48).
• (47) naar lintzaag Führungsstite slide!
m Let op! Afstand tussen de geleidingspennen (47) en het blad (26)
m Let op! Afstand tussen de geleidingspennen (47) en het blad (26)
m Let op! Afstand tussen de geleidingspennen (47) en het blad (26)
kan max. 0,5 mm. (Band zaagblad mag niet jam)
• Zeskantschroef (48) vastdraaien.
•
Sägebandrolle bovendeel (2) een aantal malen met de klok mee roteren.
• Controleer de instelling van de geleidingspennen bovenstaande
(47) telkens zo nodig bijgesteld.
• post-filters Eventueel steunlager bovenste (46) (8.8.1).
8.8.4 Lagere Omgeving geleidingspennen (56) (fig.9 + 10)
• demonteren zaagtafel (7)
• Schroefontvangende houderbodem (53) los (inbussleutel SW 5)
•
bewegen houder houderbodem (57) van de geleidingspennen onderaan
(56) totdat de voorrand van de geleidingspennen op de bodem (56) van
ongeveer 1 mm achter de tandvoet van het zaagblad zich bevindt.
• Hieronder bout vastdraaien opneemhouder (53) weer.
m WAARSCHUWING! Het zaagblad is onbruikbaar wanneer de tanden
m WAARSCHUWING! Het zaagblad is onbruikbaar wanneer de tanden
m WAARSCHUWING! Het zaagblad is onbruikbaar wanneer de tanden
tijdens het hardlopen band zaagblad rungstifte de leiding touch.
• Zeskantschroef los hieronder geleidingspennen (55).
• De twee geleidingspennen (56) tot beneden duwen richting
zaagblad totdat de afstand tussen de geleidingspennen (56) en
het mes (26) max. 0,5 mm. (Band zaagblad mag niet jam)
D
15
Advertenties
Inhoudsopgave
