OndErhOUdSWErKZAAMhEdEn
Zaagketting slijpen
Bij alle werkzaamheden aan de zaagketting altijd de stek-
ker uit het stopcontact nemen en werkhandschoenen
dragen!
de zaagketting moet worden geslepen, wanneer:
-
zaagselachtige spaanders ontstaan bij het zagen van vochtig
hout.
-
de ketting ook bij grote druk slechts met moeite in het hout
trekt.
-
de snijkant zichtbaar beschadigd is.
-
Het zaagmechaniek in het hout eenzijdig naar links of rechts
verloopt. De oorzaak hiervan is een ongelijkmatig scherpen
van de zaagketting of een eenzijdige beschadiging.
Belangrijk: vaak slijpen, weinig materiaal afslijpen!
Voor eenvoudig naslijpen zijn in de meeste gevallen twee
tot drie streken van de vijl voldoende.
Nadat men de ketting meerdere malen zelf nageslepen heeft
moet de zaagketting in de service-werkplaats nageslepen
worden.
Slijpkriteria:
AttEntIE:
Uitsluitend voor deze motorzaag toegelaten kettingen en
zaaggeleiders gebruiken (zie uittreksel uit de reserveonder-
delenlijst)!
-
Alle zaagtanden moeten even lang zijn (maat a). Verschillen
in hoogte van de zaagtanden betekenen een ongelijkmatige
loop van de ketting en kunnen kettingbreuk veroorzaken!
-
De minimumlengte van de zaagtand: 3 mm. Wanneer de
minimumlengte bereikt is, de kettingzaag niet meer slijpen.
Er moet dan een nieuwe kettingzaag worden opgelegd (zie
uittreksel uit de reserveonderdelenlijst en het Hoofdstuk
„Nieuwe zaagketting").
-
De afstand tussen de dieptebegrenzers (ronde neus) en de
snijkant bepaalt de spaandikte.
-
De beste zaagresultaten worden bereikt met een afstand
van 0,64 (.05") tussen de dieptebegrenzers.
AttEntIE:
Een te grote afstand vergroot
het gevaar van terugslag!
-
De slijphoek van 30° moet bij alle zaagtanden zonder uit-
zondering dezelfde zijn. Verschil in de hoeken veroorzaakt
een ruwe en onregelmatige kettingloop, vergroot de slijtage
en kan leiden tot kettingbreuk!
-
De snijhoek van de zaagtand van 85° volgt uit de indring-
diepte van de rondvijl. Als de voorgeschreven vijl op een
juiste wijze gebruikt wordt ontstaat de correcte snijhoek
vanzelf.
0,64 mm
0,64 mm
(.05")
(.05")
min.
3 mm (0.11")
A
17