I
J
3
K
1
SErVIcE
2
1
controle van de kettingspanning
De juiste spanning van de zaagketting is bereikt, wanneer de
ketting tegen de onderzijde van de zaaggeleider aanligt en met
de hand gemakkelijk ca. -4 mm van de zaaggeleider opgelicht
kan worden.
Controleer regelmatig de kettingspanning, omdat nieuwe
zaagkettingen na verloop van tijd uitrekken en langer
worden!
Daarom de kettingspanning regelmatig met uitgeschakelde
motor en met de stekker uit het stopcontact controleren. Als
de ketting te los is: de kettingwielbescherming, snelspanner,
ongeveer één omwenteling losdraaien. De ketting opspannen
zoals beschreven onder "Zaagketting spannen".
EEn tIP UIt dE PrAKtIJK:
Gebruik afwisselend -3 zaagkettingen, opdat zaagketting,
kettingwiel en de loopvlakken van de zaaggeleider gelijkmatig
verslijten.
Voor een gelijkmatige slijtage van de zaaggeleidergroef moet
bij het verwisselen van een ketting de zaaggeleider omgekeerd
worden.
Kettingrem
De modellen is standaard met een vertragingsveroorzakende
kettingrem uitgerust. Ontstaat er een terugslag (kickback) doordat
de punt van de zaaggeleider met het hout in aanraking komt
(zie hoofdstuk „VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN", blz. 7), wordt
bij voldoende terugslag de kettingrem door massatraagheid in
werking gesteld.
In een fractie van een seconde wordt de zaagketting stilge-
zet.
nalooprem
De modellen worden in serie van een nalooprem voorzien.
Hiermee wordt bereikt, dat de zaagketting na het loslaten van
de AAN/UIT-schakelaar onmiddellijk tot stilstand komt en dus
het gevaarlijke nalopen van de zaagketting wordt verhinderd.
Het testen van de nalooprem is op blz. 16 beschreven.
Onderhoud van ketting- en nalooprem
de remsystemen vormen een zeer belangrijke veiligheids-
voorziening en zijn, zoals ieder onderdeel, ook aan bepaalde
slijtage onderhevig. regelmatige controle en onderhoud
ervan is in het belang van uw eigen veiligheid en kunnen
alleen door een dOlMAr-service-werkplaats uitgevoerd
worden.
Inschakeling van de kettingrem (blokkeren)
Als de terugslagkracht sterk genoeg is, dan zal de plotselinge
versnelling van de beugelgreep in combinatie met de inertie van
de handbescherming (1) de rem automatisch aanzetten.
Druk voor handbediening de handbeschermer (1) met de
linker hand in de richting van de voorzijde van de zaaggeleider
(pijl 2).
Kettingrem lossen
De handbeschermer (1) in de richting van de beugelgreep (pijl 3)
trekken tot deze voelbaar aangrijpt. De kettingrem is gelost.
Advies:
Bij aangetrokken kettingrem wordt de stroom-toevoer naar de
motor onderbroken. Het testen van de nalooprem is op blz. 16
beschreven.