I I n n s s t t e e l l l l i i n n g g e e n n
Oproepen doorschakelen
N B: Doorschakelopties die uw provider niet
ondersteunt, worden niet getoond.
Met deze netwerkfunctie kunt u oproepen naar een door u
opgegeven nummer doorschakelen.
Voorbeeld: U wilt dat bellers tijdens uw vakantie
doorgeschakeld worden naar uw collega.
U kunt op de volgende manieren doorschakelen:
Altijd doorschakelen: Alle oproepen worden
doorgeschakeld.
Bezettoon: Oproepen worden alleen doorgeschakeld als
u in gesprek bent.
Neemt niet op: Oproepen worden doorgeschakeld als u
de telefoon niet opneemt.
Buiten bereik: Oproepen worden doorgeschakeld als uw
telefoon buiten bereik van uw netwerk is.
Niet beschikbaar: Oproepen worden doorgeschakeld als
u in gesprek bent, niet opneemt, of buiten het bereik van
uw netwerk bent.
Alles opheffen: Alle doorschakelopties worden
geannuleerd.
NB: Deze opties kunnen per SIM-kaart verschillen.
Voor de volgende soorten oproepen kunt u afzonderlijke
doorschakelopties instellen:
• Alleen voor spraak
• Alleen voor fax (niet beschikbaar wanneer lijn 2 in
gebruik is).
• Alleen voor gegevens (niet beschikbaar wanneer lijn 2
in gebruik is).
86
Voorbeeld: U kunt:
• Faxen systematisch doorschakelen naar
uw faxapparaat.
• Normale oproepen doorschakelen naar
een collega wanneer u in gesprek bent.
Doorschakelen gaat als volgt:
1. Ga met de toets
naar de gewenste
doorschakelmethode. Druk vervolgens op Kies.
2. Ga met
naar het soort oproepen dat u wilt
doorschakelen en druk op Kies.
3. Om uw instellingen te bevestigen, drukt u op de
functietoets Activere n.
4. Nu kunt u het telefoonnummer ingeven waarnaar u
de oproepen wilt doorschakelen. Voor de internatio-
nale toegangscode houdt u 0 ingedrukt tot het + -
teken wordt getoond. U kunt eventueel ook een
nummer uit uw telefoonlijst of het Voice Mail
nummer kiezen door eerst op de Opties en daarna
op Telefoonlijst of Telefoonummer Voice Mail te
drukken.
5. Wanneer u klaar bent met de instellingen, drukt u op
de toets
of de functietoets OK.
De telefoon stuurt uw instellingen naar het netwerk
en in het LCD-venster verschijnt even later de reactie
van het netwerk.
Zo zet u doorschakelingen weer uit:
1. Selecteer de doorschakelmethode die u wilt
opheffen.
2. Selecteer de oproepsoort waarop de doorschakeling
betrekking heeft.
3. Druk op de functietoets Wissen.
De telefoon stuurt uw instellingen naar het netwerk.
In het LCD-venster verschijnt even later de reactie
van het netwerk.
I I n n s s t t e e l l l l i i n n g g e e n n
87