2020-02 NL 5020077.20A.05
4
Systeeminstellingen
4.1 eco-modus toepassen
Als de werkzaamheden gedurende enige tijd worden onderbroken, kan de machine in de eco-modus
worden gezet. Op het beeldscherm kan niets worden geactiveerd en de machine kan niet worden gestart.
> Druk op het symbool «eco-modus».
– Het beeldscherm wordt uitgeschakeld. Het stroomverbruik wordt gereduceerd en het naailicht wordt
uitgeschakeld.
> Druk op «eco-modus» op het scherm.
–
De machine is weer gereed voor gebruik.
4.2 Naaigids openen
De Naaigids geeft informatie en advies met betrekking tot naaiprojecten. Na invoer van de stof en het
gewenste naaiproject wordt advies voor de geschikte naald en de passende naaivoet weergegeven.
> Druk op het symbool «Naaigids».
> Kies de stof die gebruikt wordt.
1
2
5
6
10
9
1
Licht geweven
2
Halfzwaar geweven
3
Zwaar geweven
4
Spijkerstof
5
Lichte gebreide stoffen
6
Middelzwaar gebreide stoffen
3
4
7
8
11
12
7
8
9
10
11
12
Zware gebreide stoffen
Bont/kunstbont
Badstof
Hoogpolige stoffen
Leer en vinyl
Tule en kant
Systeeminstellingen
49