Apparaat vergrendelen (Ver‐
grendeling )
Met de vergrendelingsfunctie kunt u de
automaat tegen ongewenst gebruik be‐
veiligen (kinderen, onbevoegde perso‐
nen).
Vergrendeling activeren en deacti‐
veren
Als de vergrendeling actief is, zijn de
timerinstellingen voor
gedeactiveerd. De koffieautomaat
wordt niet op het ingestelde tijdstip
ingeschakeld.
Vergrendeling tijdelijk deactiveren
Zolang op het display de melding
seconden op de OK-toets om te ontgren-
te zien is,
delen
drukt u 6 seconden lang op OK.
Zodra u het apparaat uitschakelt, is
het weer vergrendeld.
Inschakelen om
Druk 6
Waterhardheid
Informatie over de waterhardheid vindt
u in het hoofdstuk "Vóór het eerste ge‐
bruik".
Lichtsterkte display
Met de pijltoetsen wijzigt u de
lichtsterkte van het display.
Volume
U kunt het volume van de geluidssigna‐
len en de toetssignalen met de pijltoet‐
sen instellen.
Als u de signalen wilt uitschakelen, gaat
u als volgt te werk:
Druk op de pijltoets totdat geen
enkel segment meer gevuld is en
verschijnt.
geschakeld
Vaste wateraansluiting active‐
ren en deactiveren
De automaat is bedoeld voor aanslui‐
ting op de waterleiding. Als u de functie
"Vaste wateraansluiting" inschakelt,
wordt het waterreservoir automatisch
via de waterleiding gevuld. Als u de
functie uitschakelt, moet u het waterre‐
servoir handmatig vullen.
Instellingen
Uit-
51