Inhoudsopgave
Advertenties
•
Bekijk het gebied achter de machine voordat u naar achteren rijdt en rijd
voorzichtig.
•
Houd omstanders op een afstand van de gevarenzone. Zorg ervoor dat
omstanders de minimale afstand bewaren ten opzichte van het rijgebied van
de machine.
•
Zorg ervoor dat u een goed overzicht hebt van de gehele gevarenzone. Hebt
u dit niet, vraag dan een andere bevoegde gebruiker om hulp. Zorg ervoor dat
u de andere bevoegde gebruiker altijd kunt zien en dat deze persoon duidelijk
herkenbaar is als zodanig.
•
Blijf op een veilige afstand van elektriciteitsleidingen en andere elektrische
geleiders, zoals hoogspanningsmasten en lampen.
5.13.1
De machine uit een gevarenzone slepen
Als de machine niet uit de gevarenzone kan worden weggereden, dient deze
weggesleept te worden, raadpleeg De machine slepen op pagina 65.
5.14
Terrein
•
Controleer of het terrein stevig genoeg is om het gewicht van de machine te
kunnen dragen.
•
Bedien de machine niet op gevaarlijk terrein. De machine kan slippen of
omkantelen. Gevaarlijke terreinen zijn onder andere:
•
Dicht bij de randen van greppels of oevers die kunnen bezwijken onder het
gewicht van de machine, met name wanneer de grond los of zacht is.
•
Terrein waarvan u de omstandigheden niet kent.
•
Zacht terrein, zoals vuilstortplaatsen.
5.15
Hydraulisch systeem
•
Wees voorzichtig. De machine gebruikt hydraulische onderdelen die werken
onder een zeer hoge hydraulische druk.
•
Zorg ervoor dat de hydraulische slangen of leidingen door niets kunnen
worden geraakt of gebogen. Wanneer objecten, zoals overhangende
voorwerpen, blootliggende hydraulische slangen beschadigen, kan er een
explosie plaatsvinden.
RT210-2 / RT220-2 - R1911
Wiellader
Veiligheid 51
Advertenties
Inhoudsopgave
