11 Gebruikersinterface
INFORMATIE
▪ VRV DX-binnenunits mogen niet worden gecombineerd
met RA DX-binnenunits.
▪ RA DX-binnenunits mogen niet worden gecombineerd
met AHU-binnenunits.
▪ RA DX-binnenunits mogen niet worden gecombineerd
met luchtgordijnbinnenunits.
10.1
Systeemlay-out
a
b
c
c
f
d
d
a
VRV IV-S-warmtepomp buitenunit
b
Koelmiddelleiding
c
VRV directe-expansiebinnenunit (DX)
d
Gebruikersinterface (specifiek afhankelijk van het type
binnenunit)
e
BP-box (vereist voor aansluiting van Residential Air (RA) of
Sky Air (SA) directe-expansiebinnenunits (DX))
f
Residential Air (RA) directe-expansiebinnenunits (DX)
g
Gebruikersinterface (draadloos, specifiek afhankelijk van
het type binnenunit)
11
Gebruikersinterface
VOORZICHTIG
Raak de interne delen van de controller nooit aan.
Verwijder het voorpaneel niet. Sommige onderdelen in het
toestel aanraken is gevaarlijk en kan problemen met het
toestel veroorzaken. Neem contact op met uw dealer voor
controle en afstelling van de interne delen.
Deze gebruiksaanwijzing geeft een niet-beperkend overzicht van de
belangrijkste functies van het systeem.
Gedetailleerde informatie over de vereiste stappen voor bepaalde
functies
vindt
u
in
de
specifieke
gebruiksaanwijzing van de binnenunit.
Raadpleeg
de
gebruiksaanwijzing
gebruikersinterface.
12
Bediening
12.1
Werkingsgebied
Gebruik het systeem binnen de volgende temperatuur- en
vochtgehaltewaarden om een veilige en efficiënte werking te
verzekeren.
Koelen
Buitentemperatuur
–5~46°C droge bol
Binnentemperatuu
21~32°C droge bol
r
14~25°C natte bol
Binnenvochtigheid
Montagehandleiding en gebruiksaanwijzing
28
e
e
f
g
g
montagehandleiding
van
de
geïnstalleerde
Verwarmen
–20~21°C droge
bol
–20~15,5°C natte
bol
15~27°C droge
bol
(a)
≤80%
(a)
Om te voorkomen dat er condens wordt gevormd en water
uit de unit druppelt. Als de temperatuur of de vochtigheid
buiten deze limieten valt, kunnen beveiligingen geactiveerd
worden, waardoor de unit mogelijk niet functioneert.
Het bovenstaande werkingsbereik geldt alleen wanneer directe-
expansiebinnenunits op het VRV IV-S-systeem zijn aangesloten.
Voor AHU-units gelden speciale waarden voor het werkingsbereik.
Zie hiervoor de montagehandleiding/gebruiksaanwijzing van de
specifieke unit. Zie de technische data voor de recentste informatie.
12.2
Gebruik van het systeem
12.2.1
Over het gebruik van het systeem
▪ De bedieningsprocedure hangt af van de combinatie van
buitenunit en gebruikersinterface.
▪ Schakel de hoofdvoeding 6 uur vóór de inwerkingstelling in om de
unit te beschermen.
▪ Als de hoofdvoeding tijdens het gebruik wordt uitgeschakeld,
wordt de unit automatisch herstart zodra ze weer wordt
ingeschakeld.
12.2.2
Over koelen, verwarmen, alleen ventileren
en automatische werking
▪ Omschakelen is onmogelijk als op het scherm van de
gebruikersinterface
besturing"
staat
gebruiksaanwijzing van de gebruikersinterface).
▪ Wanneer
"omschakeling onder gecentraliseerde besturing"
op
het
display
gebruikersinterface instellen" op
▪ De ventilator kan mogelijk nog ongeveer 1 minuut blijven draaien
nadat het verwarmen is beëindigd.
▪ De luchtstroomsnelheid kan zich automatisch aanpassen aan de
kamertemperatuur of de ventilator kan onmiddellijk stoppen. Dit is
echter geen storing.
12.2.3
Over verwarmen
Het kan langer duren voor de ingestelde temperatuur wordt bereikt
voor algemeen verwarmen dan voor koelen.
De volgende stappen worden uitgevoerd om te voorkomen dat de
en
verwarmingscapaciteit afneemt of dat koude lucht wordt uitgeblazen.
Ontdooien
Bij het verwarmen bevriest de luchtgekoelde warmtewisselaar van
de buitenunit hoe langer, hoe meer, zodat steeds minder energie
kan worden overgebracht naar de warmtewisselaar van de
buitenunit. De verwarmingscapaciteit neemt af en het systeem moet
ontdooien om nog voldoende warmte te leveren aan de binnenunits:
De
ventilator
van
koelmiddelcyclus wordt omgekeerd en energie van in het gebouw
wordt gebruikt om de warmtewisselaar van de buitenunit te
ontdooien.
De ontdooistand wordt aangegeven met
de binnenunit.
Warme start
Om te voorkomen dat bij het begin van verwarmen koude lucht uit
een
binnenunit
wordt
automatisch stilgelegd. Op het display van de gebruikersinterface
wordt
aangegeven. Het kan even duren voordat de
ventilator begint te werken. Dit is echter geen storing.
"omschakeling onder gecentraliseerde
(zie
de
montagehandleiding
knippert,
zie
"12.5.1
Over
pagina 30.
de
binnenunit
wordt
stilgelegd,
op het display van
geblazen,
wordt
de
binnenventilator
RXYSQ4~6T7V1B+Y1B
VRV IV-S-systeem airconditioner
4P397284-1 – 2015.05
en
master-
de