Options
Deze pagina verschilt per toegangsniveau: normale gebruiker, installateur, niveau 4 installateur.
User Authentication
Installer Code Enabled: de normale gebruiker gebruikt deze optie om de installateur te autoriseren voor programmering
van de communicator.
De installateur hoeft alleen te worden ingeschakeld als de optie EN50136 is ingeschakeld.
De installateur wordt automatisch uitgeschakeld na 12 uur ingeschakeld te zijn geweest.
Door de installateur uit te schakelen, wordt ook de niveau 4 installateur automatisch uitgeschakeld.
User Code: voer de code van de normale gebruiker in (maximaal 6 cijfers) voor gebruik in o.a. externe activering van de
uitgangen. Fabrieksinstelling: 000000.
Installer Authentication
Installer Code: voer hier de installateurcode in (6 cijfers). Fabrieksinstelling: 111111.
Level 4 Installer Code Enabled: de installateur kan de niveau 4 installateur hier autoriseren voor firmware-updates van
de communicator.
Deze optie is uitgeschakeld als de optie EN50136 is uitgeschakeld.
EN50136: de installateur kan in deze box de optie EN50136 in/uitschakelen.
Om conformiteit met EN 50136-2 te garanderen, dient de optie EN50136 NIET te zijn uitgeschakeld.
Level 4 Installer Authentication
Level 4 Installer Code: voer hier de code in van de niveau 4 installateur (6 cijfers). Deze code biedt toegang tot de
firmware-updates en weergave van de pagina Status. Fabrieksinstelling: 222222.
Dialing Options
Deze sectie configureert bepaalde aspecten van de telefoonnummers.
Dial Prefix: het nummer ingevoerd in deze box wordt geplaatst vóór alle nummers gebeld door de communicator in de
modus GSM Interface. Voer het voorvoegsel in 1 tot 8 cijfers) of laat dit veld leeg wanneer niet gebruikt.
Digits to Remove: als de communicator verbonden is met een telefooncentrale, moet het nummer van de telefooncentrale
(gewoonlijk een enkel cijfer) vóór de telefoonnummers (geprogrammeerd in het paneel) worden ingevoerd. Omdat het
nummer van de telefooncentrale niet nodig is wanneer oproepen worden geplaatst naar het GSM-netwerk, moet het uit het
nummer worden verwijderd. Voer het aantal cijfers in waar het centralenummer uit bestaat (bijv. als het nummer van de
telefooncentrale 01 is, voer 2 in de optie Digits to Remove in, omdat het centralenummer uit 2 cijfers bestaat).
Het telefoonnummer moet minstens 2 cijfers langer zijn dan het nummer ingevoerd in Digits to Remove, anders zal de
bezettoon worden gegenereerd.
Voorbeeld:
1.
Stel Dial Prefix = 9999 in en stel Digits to Remove in op 2 op de communicator.
2.
Configureer een gesproken oproep op het paneel met gebruik van nummer 9999011234567890.
3.
Activeer de oproep op het paneel.
4.
De communicator zal de oproep sturen naar het nummer 1234567890.
Als de optie Digits to Remove is ingeschakeld en het paneel een nummer belt waar CID/SIA Event Conversion voor is
ingeschakeld (zie Phonebook), moet het telefoonnummer in het telefoonboek overeenkomen met het nummer
geprogrammeerd op het paneel (inclusief kengetal), zodat de communicator het kan omzetten.
220 Serie
41