Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

17
16

3.2 Trappen omlaaggaan

• Controleer of de binnenste [15] en buitenste [16] aandrijfwielen op één lijn t.o.v.
elkaar zijn uitgericht (zie hoofdstuk 2.5.1).
• Controleer of de te transporteren persoon veilig in de rolstoel is gaan zitten.
• Draai de keuzeschakelaar [6] voor de klimrichting naar de positie "omlaag"
(zie hoofdstuk 2.3.2).
• Schakel voor zover dat nog niet gebeurd is de scalamobil in met de hoofdschake-
laar [4] (zie hoofdstuk 2.4.1).
• Kantel de scalamobil naar u toe, totdat de optimale hellingshoek (apparaat
incl. de te vervoeren persoon in evenwicht) wordt bereikt. Deze hellingshoek
moet u de gehele tijd aanhouden wanneer u over een trap rijdt.
• Rijd langzaam naar de eerste traprand toe, totdat de remmen [17] doorrijden
blokkeren (zie grafische afbeelding).
• Nu moet u de rijschakelaar [2] gebruiken om een traptrede omlaag te gaan
(zie hoofdstuk 2.4.5) en net zolang ingedrukt houden als u een trede omlaag-
gaat. Tegelijkertijd moet de scalamobil door de bediener licht naar voren worden
geschoven.
• Laat de rijschakelaar [2] los, zodra de scalamobil zich met de binnenste [15] en
buitenste [16] aandrijfwielen op de volgende traptrede bevindt.
• Idealiter moet u het steunkussen [7] hierbij op uw dijbeen neerleggen. Dit spaart
kracht.
• Schuif de scalamobil weer met gevoel en in geen geval schoksgewijs naar de rand
van de trap, totdat de remmen [17] doorrijden blokkeren.
• Gebruik opnieuw de rijschakelaar [2] (zie hoofdstuk 2.4.5) en ga de volgende
trede omlaag.
• Herhaal de hierboven omschreven losse stappen net zolang totdat u over alle
traptreden bent gereden.
• Nadat de laatste trede is overwonnen, moet de scalamobil door u op een veilige
ondergrond (in geen geval pal aan de traprand!) worden neergezet. Daarna moeten
de binnenste [15] en buitenste [16] aandrijfwielen op één lijn t.o.v. elkaar uitge-
richt worden (zie hoofdstuk 2.5.1).
• Voor zover gewenst kan de scalamobil nu van de rolstoel worden verwijderd
(zie hoofdstuk 2.8).
i
Gebruik de enkele-trapschakeling (zie hoofdstuk 2.3.3). Het klim-
proces wordt daardoor op elke traptrede automatisch onderbroken.
i
Als u de scalamobil tijdens het omhoog bewegen op de trap wilt
stoppen, de rijschakelaar [2] loslaten.
Alternatief kunt u gelijktijdig de rijschakelaar [2] en de keuzescha-
kelaar voor de klimrichting [6] bedienen. De scalamobil stopt dan
ook („Noodstop"). Om weer verder te bewegen, moet de rijschake-
laar [2] kort worden losgelaten en dan weer worden bediend. Con-
troleer vóór de rit of de juiste rijrichting is ingesteld.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave