Onderdeelnamen en functies
Voorkant/bovenkant
•
Bedieningspaneel
s
Zie verderop
•
Ontvanger voor
afstandsbedienings-
s
signaal
pagina 13
Ontvangt signalen van de
afstandsbediening.
•
Ventilatierooster
Let op:
c
Raak het ventilatierooster niet
direct na of tijdens het
gebruik van de projector aan
omdat het rooster heet wordt.
Bedieningspaneel
Toetsen zonder verklaring werken op dezelfde manier als overeenkomstige knoppen op de
afstandsbediening. Raadpleeg 'Afstandsbediening' voor meer informatie over deze toetsen.
•
Toets Source (Bron)
Hiermee selecteert u de beeldbron.
•
Aan-/uitknop
s
pagina 14
Hiermee zet u de
projector aan en uit.
•
Bewerkingslampje
Dit lampje knippert of brandt met verschillende kleuren om
de status van de projector aan te geven.
•
Waarschuwingslampje
Dit lampje knippert of brandt met verschillende kleuren om
problemen met de projector aan te geven.
•
Toets Select (Selecteren)/
Line menu (lijnmenu)
s
pagina 18, 24, 34
6
•
Draaiknop voor horizontale lensafstelling
s
pagina 16
Hiermee kan de lens horizontaal worden verschoven.
•
Stelpootjes voorzijde
Hiermee kan de projector horizontaal worden
geplaatst om de projectiehoek te corrigeren.
s
pagina 15
s
pagina 35
s
pagina 35
•
Toetsen
/
s
pagina 17, 18, 21, 24, 34
Toetsen voor omhoog en omlaag waarmee
items in menu's en menu's kunnen worden
geselecteerd.
Als er geen menu's worden weergegeven, wordt
hiermee de keystone-vervorming gecorrigeerd.
s
pagina 17
•
Toets Menu
•
/
•
Draaiknop voor verticale
s
lensafstelling
pagina 16
Hiermee kan de lens verticaal
worden verschoven.
•
s
Zoomring
pagina 16
Hiermee past u de
beeldgrootte aan.
•
Scherpstelring
s
pagina 16
Hiermee past u de scherpstelling
van het beeld aan.
•
Lenskap
Plaats de lenskap wanneer u de
projector niet gebruikt om te
voorkomen dat de lens vuil
wordt of beschadigd raakt.
s
pagina 34
•
Toets Esc
s
pagina 18, 20,
24, 34
•
Toets Aspect (Hoogte-
s
breedte)
pagina 18
s
Toetsen
pagina 20, 34
Toetsen voor rechts en links
waarmee waarden worden
geselecteerd in menu's.