Kenmerken van de projector
Het uiterlijk van het beeld kan worden aangepast aan
de projectie-omgeving (kleurmodus)
L
Het voor de locatie optimale beeld kan eenvoudig worden geprojecteerd door de gewenste kleurmodus te kiezen
uit de volgende zeven vooraf ingestelde modi.
Als "Natural (Natuurlijk)", "Theatre (Theater)", "Theatre Black 1 (Theater zwart 1)", "Theatre Black 2
(Theater zwart 2)" of "sRGB " is geselecteerd, wordt automatisch het EPSON-bioscoopfiltereffect toegepast om
het contrast te verhogen en huidtinten een natuurlijker aanzien te geven. s pagina 18
Verfijnde kleuraanpassing
Afgezien van de "Color Mode (Kleurmodus)" kunnen de absolute kleurtemperatuur en huidtinten met
eenvoudige procedures worden aangepast om het beeld nog meer naar uw zin te maken. Verder kunt u gamma,
verschuiving en versterking voor RGB-kleuren en tint en verzadiging van RGBCMY-kleuren aanpassen om
kleuren te maken die passen bij het beeld. s pagina 20
4
sRGB
Theatre Black 1
(Theater zwart 1)
Theatre Black 2
(Theater zwart 2)
Dynamic
(Dynamisch)
Kleur-
modus
Natural (Natuurlijk)
Theatre (Theater)
Living Room
(Woonkamer)