Door het frame
geleiden
1
b
a
a Voedingskabel
b Transmissiebedradingskabel
Aansluiten op het
Voor kabels die uit de unit komen, kan een
frame
beschermende mantelbuis worden
aangebracht in de uitbreekopening.
Bescherm de kabels met plastic buizen om
te voorkomen dat de rand van de
uitbreekopening in de kabels snijdt
wanneer u geen mantelbuis gebruikt.
A Binnenkant van de buitenunit
B Buitenkant van de buitenunit
a Draad
b Bus
c Moer
d Frame
e Slang
OPMERKING
Voorzorgsmaatregelen
uitbreekopeningen:
▪ Let op dat u de behuizing en de leidingen eronder niet
beschadigt.
▪ Na het uitslaan van de uitbreekopeningen, verwijdert u
best de bramen en brengt u reparatieverf aan op de
randen en de delen rond de randen om roestvorming te
voorkomen.
▪ Omwikkel de elektrische bedrading met beschermtape
om
beschadiging
uitbreekopeningen te voorkomen.
6 Breng het servicedeksel weer aan.
7 Installeer
een
aardlekschakelaar
voedingsleiding.
15.5
Transmissiebedrading voltooien
Omwikkel de transmissiebedrading na de installatie ervan in de unit,
samen met de lokale koelmiddelleidingen met behulp van
afwerkingstape, zoals hierna afgebeeld.
a
c
b
e
d
a
Vloeistofleiding
RXYSQ4~6T8V/YB(*)
VRV IV-S-systeem airconditioner
4P482275-1B – 2020.10
3
2
b
a
A
B
a
c d
b
e
bij
het
uitslaan
van
de
bij
het
doorvoeren
door
de
en
zekering
op
b
Gasleiding
c
Isolatie
d
Transmissiebedrading (F1/F2)
e
Afwerkingstape
b
a
15.6
Isolatieweerstand van de
compressor controleren
OPMERKING
Als zich na de installatie koelmiddel verzamelt in de
compressor, kan de isolatieweerstand over de polen
afnemen, maar de machine blijft werken zo lang deze
weerstand minstens 1 MΩ bedraagt.
▪ Meet de isolatie met een 500 V megger.
▪ Gebruik GEEN megger voor laagspanningscircuits.
1 Meet de isolatieweerstand over de polen.
Als
≥1 MΩ
<1 MΩ
2 Schakel de voeding IN en laat ze 6 uur aan.
Gevolg: De compressor warmt op en verdampt alle koelmiddel
in de compressor.
3 Meet de isolatieweerstand opnieuw.
16
Configuratie
INFORMATIE
Het is belangrijk dat de installateur alle informatie in dit
hoofdstuk achtereenvolgens leest en dat het systeem
gepast wordt geconfigureerd.
GEVAAR: GEVAAR VOOR ELEKTROCUTIE
16.1
Lokale instellingen uitvoeren
16.1.1
Over lokale instellingen
Om het warmtepompsysteem te configureren, is een input naar de
hoofdprintplaat van de buitenunit (A1P) vereist. Hierbij worden de
volgende componenten voor lokale instellingen gebruikt:
▪ Drukknoppen voor input naar de printplaat
▪ Een display voor weergave van de feedback van de printplaat
▪ DIP-schakelaars (verander de fabrieksinstellingen alleen bij
installatie van een keuzeschakelaar koelen/verwarmen).
de
Lokale instellingen worden bepaald door de stand, instelling en
waarde. Voorbeeld: [2‑8]=4.
PC-configurator
Voor een VRV IV-S-warmtepompsysteem kunnen verschillende
lokale instellingen ook bij de inbedrijfstelling worden ingesteld met
behulp van een pc-interface (optie EKPCCAB* vereist). De
installateur kan de configuratie (niet ter plaatse) op pc voorbereiden
en deze nadien naar het systeem uploaden.
Zie ook:
"PC-configurator aansluiten op de
16 Configuratie
Dan
Isolatieweerstand is OK. Deze procedure
is voltooid.
Isolatieweerstand is niet OK. Ga naar de
volgende stap.
buitenunit" [ 4 35].
Montagehandleiding en gebruiksaanwijzing
29