INSTALLATIE- EN PROGRAMMEERHANDLEIDING
5. PROGRAMMA BESCHRIJVING
OPMERKING: Toets 3, 6 en 9 zijn geen geldige handshake signalen, het handshake signaal moet een
lengte hebben van minimaal 1.5 seconden.
Doormelden codes naar telefoonnummer ..................................... Parameter [361] tot [368]
Pulsformaten
Afhankelijk van het gekozen pulsformaat zal het systeem volgens de volgende specificaties communiceren:
3/1, 3/2, 4/1 of 4/2;
10 of 20 bits per seconde;
Handshake (antwoordsignaal) van 1400 of 2300 Hz;
Non-extended;
Bijkomende opmerkingen over pulsformaten
Het cijfer "0" zal geen pulsen zenden en wordt als vulteken gebruikt.
Voer vier cijfers in wanneer u klantennummers programmeert.
Wanneer u een klantennummer van 3 cijfers programmeert, moet u het vierde cijfer als een gewone "0"
invoeren. Klantennummer van 3 cijfers [123] - programmeer [1230]
Als een klantennummer een "0" bevat, moet u die vervangen door een HEX "A".
Enkele voorbeelden:
klantennummer van 4 cijfers [4079] - programmeer [4A79]
klantennummer van 3 cijfers [502] - programmeer [5A20]
Voor het programmeren van transmissiecodes moeten twee cijfers worden ingevoerd. Als uit één cijfer
bestaande transmissiecodes moeten worden gebruikt, moet het tweede cijfer als een "0" worden
geprogrammeerd. Als de code een functionele "0" bevat, moet die worden vervangen door een HEX "A".
Enkele voorbeelden:
transmissiecode van 1 cijfer [3] - programmeer [30]
transmissiecode van 2 cijfers [30] - programmeer [3A]
Om te voorkomen dat het systeem een bepaald gebeurtenis meldt, dient u de transmissiecode voor die
gebeurtenis te programmeren als [00] of [FF].
OPMERKING: Dit communicatie formaat mag niet worden gebruikt indien downlook is vereist.
Contact ID
Contact ID is een gespecialiseerd formaat dat snel informatie doorzendt door gebruik te maken van tonen in
plaats van pulsen. Het formaat werkt niet alleen sneller, maar kan ook meer informatie doorsturen. In plaats
van alarm voor groep 1 te melden, kan met Contact ID bijvoorbeeld ook nog het alarmtype worden
aangegeven, zoals ingangs / uitgangs alarm groep 1.
Indien de optie Contact ID gebruikt geprogrammeerde transmissiecodes geactiveerd is, moet een twee-
cijferig nummer uit Aanhang A worden ingevoerd in parameters [320] tot [353] voor elk gebeurtenis die moet
worden doorgemeld. Dat nummer geeft het alarmtype aan. Het systeem zal automatisch alle andere informatie
genereren, met inbegrip van het groepnummer.
Indien de optie Contact ID gebruikt automatische transmissiecodes is geselecteerd dan zal het systeem
als volgt te werk gaan:
Als de transmissiecode voor een gebeurtenis geprogrammeerd is als [00], zal het systeem niet trachten de
code te versturen.
Als de transmissiecode voor een gebeurtenis geprogrammeerd is met een waarde van[01] tot [FF], dan zal
het systeem automatisch een groep- of een toegangsnummer genereren
OPMERKING: Indien de optie Contact ID gebruikt de automatisch transmissiecodes is geslecteerd, zal
het paneel automatisch alle zone en gebruiker nummers genereren.
Indien de optie Contact ID gebruikt geprogrammeerde transmissiecodes is geselecteerd dan zal het
systeem als volgt te werk gaan:
Als de transmissiecode voor een gebeurtenis geprogrammeerd is als [00] of [FF], zal het systeem niet
trachten de code te versturen.
Centraal Controle Paneel
PC1616-PC1864