Inhoudsopgave
Advertenties
INSTALLATIE- EN PROGRAMMEERHANDLEIDING
5. PROGRAMMA BESCHRIJVING
OPMERKING: Alleen EEN van de opties [03] "Sensor reset" en [20] "Bevel uitgang #2" mag
geprogrammeerd worden op een systeem.
[04] Niet gebruikt
[05] Blok-/Systeemstatus
De PGM-uitgang zal geactiveerd worden wanneer het blok of systeem wordt ingeschakeld en gedeactiveerd
wanneer wordt uitgeschakeld, indien deze uitgang aan meerdere blokken is toegekend, moeten alle blokken
zijn ingeschakeld om de uitgang te activeren.
[06] Veilig-uitgang
De PGM-uitgang zal geactiveerd worden wanneer het blok of systeem klaar is om ingeschakeld te worden.
De uitgang zal gedeactiveerd worden wanneer de installatie niet veilig is of ingeschakeld wordt.
[07] Zoemer volger
De PGM-uitgang zal geactiveerd worden wanneer zich één van de volgende gebeurtenissen voordoet
en zal actief blijven zolang de zoemer geactiveerd blijft:
Deurzoemer;
Vooralarm automatisch inschakelen;
Inlooptijd;
24-uurs zoemer groep;
Zoemer uitlooptijd;
[08] In-/ uitloop volger
Bij inschakeling zal de PGM-uitgang geactiveerd worden gedurende de uitlooptijd plus 2 minuten. Bij inloop zal
de PGM-uitgang geactiveerd worden gedurende de inlooptijd plus 2 minuten.
Indien meer dan één In-/ Uitloop volger uitgang is vereist, moeten ze alle worden geprogrammeerd voor global
functioneren (PGM kenmerken 1 en 2 geactiveerd).
[09] Systeemstoring
De PGM-uitgang zal geactiveerd worden wanneer zich een van de volgende storingen voordoet en zal actief
blijven zolang de storingen niet verholpen zijn.
De PGM kenmerken voor deze optie worden geprogrammeerd in parameter [501] tot [514] anders dan de
standaard kenmerken.
Programmeer welke storing de uitgang zal activeren door een of meerdere kenmerken uit onderstaande lijst te
selecteren:
[1] ............. "Service vereist" (Accu storing, Storing luidalarmcircuit, Algemene systeemstoring,
Algemene sabotage).
[2] ............. Storing 220 volt
[3] ............. TLM Telefoonlijnstoring
[4] ............. FTC Communicatiestoring
[5] ............. Groepfout inclusief brandgroep
[6] ............. Sabotage Groep
[7] ............. Accustoring groep (draadloos)
[8] ............. Storing klok
[10] Flitslicht uitgang
De PGM-uitgang zal geactiveerd worden wanneer zich één van de (bij PGM kenmerken) geselecteerde
alarmen voordoen
In de ingeschakelde toestand zal de uitgang alleen worden gedeactiveerd bij uitschakelen.
Indien een alarm de uitgang activeert tijdens de uitgeschakelde toestand zal de uitgang worden gedeactiveerd
zodra de gebruiker een geldige toegangscode invoert gedurende de tijd dat de sirene tijd afloopt, de uitgang
wordt ook gedeactiveerd zodra iemand het systeem inschakelt nadat de sirenetijd is verlopen. Deze uitgang
kan worden gebruikt om aan te geven dat zich een alarm heeft voorgedaan alvorens het pand te betreden.
Centraal Controle Paneel
PC1616-PC1864
Advertenties
Inhoudsopgave
