Inhoudsopgave
Advertenties
INSTALLATIE- EN PROGRAMMEERHANDLEIDING
4. BEDIENDEEL COMMANDO'S
4.2 [*]-COMMANDOS
[*] + [1] Overbrugging en activering van Aanwezig / Afwezig groepen
Het bediendeel commando [*] [1] kan gebruikt worden om afzonderlijke groepen te overbruggen, bijvoorbeeld
wanneer de gebruiker toegang wil tot een bepaalde groep terwijl het systeem is ingeschakeld of om een
defecte groep te overbruggen tot een technicus het defect heeft hersteld.
Het systeem kan ingeschakeld worden met een overbrugde groep. Een overbrugde groep zal geen alarm
geven.
Als een blok wordt uitgeschakeld zullen alle overbruggingen worden geanuleerd behalve die van de 24 uurs
zones.
Indien de optie Code nodig voor overbrugging is geactiveerd, zal een groep enkel middels gebruikerscodes
(waarvan het kenmerk Overbruggen is geactiveerd) overbrugt kunnen worden. (Hoofdstuk 3.4)
Diverse opties zijn toegevoegd aan het [*][1] zone overbruggen menu:
Overbruggingen oproepen: Voer [99] in in het [*][1] menu om de laatse overbrugde zones op te roepen;
Wissen overbrugging: Voer [00] in in het [*][1] menu om alle overbruggingen te wissen;
Groepen overbruggen: Gebruikers een groep zones programmeren om te overbruggen (overbruggings
groep). Elk blok kan een verschillende overbruggingsgroep hebben.
om een groep te programmeren selecteert u de zones welke overbrugd moeten worden en voer [95] in om
de groep op te slaan, Om een groep op te roepen voert u in [*][1] gevolgd door [91].
Indien de optie Code nodig voor overbruggen is geactiveerd moet toegangscode 40-42 worden gebruikt
om toegang tot bovenstaande optie te krijgen.
OPMERKING: Indien een 24-uur zone is overbrugd overtuig u er dan van dat de zone is hersteld of
uitgeschakeld alvorens de overbrugging te verwijderen.
Code nodig voor overbruggen ........................................................ Parameter [015]: [5]
[*] + [2] Storingsweergave
Het systeem controleert zichzelf constant op verschillende storingen. Als zich een storing voordoet, zal het
lampje "Storing" (of „Systeem") continu branden en het bediendeel zal om de 10 seconden een signaal geven.
Als het systeem is uitgeschakeld, kan de gebruiker het signaal van de codebediening in het geval van
sabotage en fouten uitschakelen door invoeren van een toegangscode, voor andere storingen kan de
gebruiker het signaal uitschakelen door een willekeurige toets op een bediendeel in te drukken.
Indien de optie Sirene bij storing is geactiveerd (parameter [014], optie [5]), zal de sirene in geval van een
storing om de 10 seconden een signaal laten klinken.
OPMERKING: Indien een AC storing aanwezig is zal de bediendeelzoemer in geval van een systeem
storing niet geactiveerd worden.
Storingen uitlezen:
Voer [*] [2] in.
Op het bediendeel zal het lampje "Storing" (of „Systeem") knipperen, De betreffende groep indicator zal
oplichten om de corresponderende storing aan te geven.
Op een LCD bediendeel verschijnt de storing op het display. Gebruik de [<] [>] toetsen om door de lijst te
lopen.
Hieronder volgt een beschrijving van de verschillende storingen:
Storing [1] - "Service vereist"
Dit lampje zal oplichten als één van de onderstaande storingen wordt gedetecteerd door het paneel.
Wanneer zich een storing van dit type voordoet, drukt u op [*] om na te gaan welk specifiek probleem er is.
Hier volgt een beschrijving van de specifieke storingen van het type "Service vereist":
Accustoring
De accu van het paneel is leeg. De storing zal worden gegenereerd wanneer een belaste accu minder
dan 11,5 VDC geeft en zal hersteld worden wanneer de accu opnieuw is opgeladen tot meer dan
Centraal Controle Paneel
PC1616-PC1864
Advertenties
Inhoudsopgave
