®
PAS
Micro Series
Airline-ademluchttoestel/ademluchtvluchttoestel met PAS ASV
6. Druk op de knop aan de voorzijde (afb. 7) (vouw de rubberen
bedekking terug om op de knop te drukken en breng dan onmiddellijk
de rubberen bedekking weer aan) om de luchtstroom van het ventiel
gedurende 3 tot 5 secondes te activeren. Onbelemmerde lucht zal uit
de uitlaat van de ademautomaat stromen.
7. Overdruksystemen: druk op de resetknop (afb. 3, item 2) om de
ademautomaat uit te schakelen.
8. Isoleer de onafhankelijke luchttoevoer en koppel die af, en sluit het
cilinderventiel volledig.
9. Controleer op hoorbare lekkages. Wanneer er een lekkage is, moet u
dit onderzoeken en de lekkage herstellen voordat het product wordt
gebruikt (zie paragraaf 4). Gebruik zo nodig een zeepoplossing om de
lekkage te lokaliseren.
10. Ontlucht het systeem als volgt:
○
Overdruksystemen:
bedek
en
houd
ademautomaat dicht met de palm van de hand. Druk op de knop
op de voorzijde (afb. 7) om de luchtstroom te activeren en licht dan
de hand op om heel langzaam te ontluchten.
○
Onderdruksystemen: druk voorzichtig op de knop op de voorzijde
(afb. 7) om heel langzaam te ontluchten.
11. De fluit begint te klinken bij het vooraf instellen van de schakeldruk en geeft
aan dat het ventiel omgeschakeld is van de onafhankelijke luchttoevoer
(AL) naar de PAS Micro ademluchtcilinder (BA). Het fluiten stopt, wanneer
het systeem ontlucht is.
12. Overdruksystemen: druk op de resetknop (afb. 3, item 2) om het
ventiel uit te schakelen.
3.1.4
Opzetten van de PAS Micro (gebruikspositie)
Zie ook afb. 1 die de PAS Micro in de gebruikspositie toont.
1. Controleer of de wijzer van de drukindicatie van de cilinder binnen de
groene zone staat.
2. Maak de schouderbanden en heupriem helemaal los en zet het
ademluchttoestel op.
3. Controleer of de schouderbanden niet gedraaid zitten en zorg dat het
gewicht van het systeem over de schouders wordt verdeeld door aan
de schouderbanden te trekken. Trek de banden nu nog niet te strak
aan.
4. Sluit de gesp van de heupriem en trek de einden van de heupriem aan
totdat die veilig en comfortabel past.
5. Trek aan de schouderbanden tot het ademluchttoestel veilig en
comfortabel op de heupen rust. Niet te hard aantrekken.
6. Controleer of de gelaatsmaskerpoort en de ademautomaat en O-ring
schoon en onbeschadigd zijn.
7. Sluit de ademautomaat als volgt aan op het gelaatsmasker:
○
Insteekkoppeling: druk in de gelaatsmaskerpoort, totdat die met
een klik in positie sluit. Controleer de verbinding door zachtjes te
proberen de koppeling uiteen te trekken.
○
Inschroefkoppeling: schroef in de gelaatsmaskerpoort en draai
handvast vast. Wanneer de ademautomaat past in het
gelaatsmasker, kan het koppelstuk draaien om hoofd- en
lichaamsbeweging van de drager mogelijk te maken.
8. Trek de nekband van het gelaatsmasker over het hoofd en steek de
nekbandknop in het gat in de middelste band van het hoofdbandenstel.
3.2
Tijdens het gebruik
Deze variant van de PAS Micro Series kan gebruikt worden voor
combinatiegebruik (luchtslang/vlucht) of alleen voor vlucht. Voor
combinatiegebruik wordt het gelaatsmasker tijdens de taak gedragen; en
voor vlucht wordt de PAS Micro gedragen in de gebruikspositie, totdat een
vlucht nodig is. Afhankelijk van het bestemde gebruik, zie de relevante
procedure:
●
Voor combinatiegebruik (luchtslang/vlucht), zie paragraaf 3.2.1.
●
Alleen voor vlucht, zie paragraaf 3.2.2.
3.2.1
Combinatiegebruik (luchtslang/ontsnapping)
Opzetten van het gelaatsmasker
WAARSCHUWING
!
Een correcte zit van het gelaatsmasker kan alleen worden bereikt,
indien de volledige maskerafdichting contact met de huid maakt.
Hoofdhaar, gezichtsbeharing (incl. baardstoppels, snor en
bakkenbaarden), oorringen, andere gezichtspiercings en een
gewone bril zullen een goede aansluiting belemmeren en zijn dus
niet toegestaan in de afdichtingzone van het masker. Bovendien is
geen kapsel toegestaan dat de zit van het masker negatief kan
beïnvloeden (knot, paardenstaarten, toupet, haarstukjes etc.).
Tijdens het gebruik van de luchtslang, bij zeer hoge
werksnelheden, kan de druk in het gelaatsmasker negatief worden
bij piekinhalatiestroom.
AANWIJZING
i
i
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing voor het gelaatsmasker.
1. Overdruksystemen: druk op de resetknop (afb. 3, item 2) om het
ventiel uit te schakelen.
2. Verbind de onafhankelijke luchttoevoer met de mannetjeskoppeling
(afb. 1, item 4). Open het ventiel, als de onafhankelijke luchttoevoer
een afsluitventiel heeft.
3. Maak de nekbandknop los uit de middelste band van het
hoofdbandenstel.
4. Spreid het hoofdbandenstel uit (afb. 8). Plaats de kin in het kinstuk van
het gelaatsmasker en trek het bandenstel over het hoofd. Positioneer
de middenplaat van het bandenstel op de achterzijde van het hoofd.
5. Zie afb. 9. Trek de beide onderste banden (1) en daarna de bovenste
banden (2) gelijkmatig aan naar de achterzijde van het hoofd. Trek zo
nodig de middelste band (3) aan.
6. Adem normaal en voer de functiecontrole van het masker uit.
Functiecontrole van het masker
1. Isoleer de onafhankelijke luchttoevoer (sluit het ventiel of koppel het af)
en adem normaal om het luchtsysteem te ledigen. Wanneer het leeg is,
moet het gelaatsmasker goed op het gelaat blijven zitten, om een
overdruk afsluiting aan te geven.
2. Zet onmiddellijk de onafhankelijke luchttoevoer weer aan en adem
normaal.
3. Inhaleer en houd uw adem in - er moet geen lekkage te horen zijn. Als
een lekkage ontdekt wordt, stel het hoofdbandenstel bij en controleer
opnieuw.
4. Begin opnieuw adem te halen - uitgeademde lucht moet gemakkelijk
uit het uitademingsventiel stromen.
Wanneer de functiecontrole tot voldoening is uitgevoerd, open dan het
PAS Micro cilinderventiel, adem normaal en ga naar de werkzone.
AANWIJZING
i
i
Het PAS Micro cilinderventiel moet open blijven tijdens het gebruik
van de luchtslang.
Dow Corning
®
en Molykote
®
zijn geregistreerde handelsmerken van Dow Corning Corporation
Vluchtprocedure (fout onafhankelijke luchttoevoer)
WAARSCHUWING
!
Tijdens het gebruik van de luchtslang, klinkt de PAS ASV fluit om
aan te geven dat de onafhankelijke luchttoevoer onder de vereiste
druk gevallen is. De beschikbare tijd voor vlucht begint vanaf de
tijd dat de PAS ASV fluit klinkt, en hangt af van de
cilindercapaciteit en de ademsnelheid van de drager.
AANWIJZING
i
i
Als de fluit klinkt en vervolgens stopt voordat de vluchtprocedure
begonnen is, is het mogelijk dat de luchttoevoerdruk hersteld is.
De drager moet bevestigen dat de juiste druk (6 tot 10 bar)
de
uitlaat
van
de
beschikbaar is, of vluchten zoals hieronder beschreven wordt.
Als de onafhankelijke luchttoevoer fout loopt, adem dan normaal en ga
onmiddellijk tewerk als volgt:
1. Koppel de onafhankelijke luchttoevoer af van de PAS Micro.
2. Verlaat meteen de gevaarlijke zone via de kortste en veiligste
vluchtroute.
ademluchtcilinder en klinkt daarom onophoudelijk tijdens de vlucht.
De drager moet in een veilige zone zijn, voordat de cilinder leeg is.
Verwijder in een veilige omgeving zo nodig de ademautomaat van het
gelaatsmasker en blijf normaal ademen.
3.2.2
Alleen gebruik voor vluchtroute (het gelaatsmasker opzetten en
vluchten )
WAARSCHUWING
!
Een correcte zit van het gelaatsmasker kan alleen worden bereikt,
indien de volledige maskerafdichting contact met de huid maakt.
Hoofdhaar,
bakkenbaarden), oorringen, gezichtspiercings en een gewone bril
zullen een goede aansluiting belemmeren en zijn dus niet
toegestaan in de afdichtingzone. Bovendien is geen kapsel
toegestaan dat de zit van het masker negatief kan beïnvloeden
(knot, paardenstaarten, haarstukjes etc.).
De beschikbare tijd om te vluchten begint op het moment waarop
de drager begint te ademen uit de ademluchtcilinder en is
afhankelijk van de capaciteit van de cilinder en de ademsnelheid
van de drager.
AANWIJZING
i
i
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing voor het gelaatsmasker.
1. Overdruksystemen: druk op de resetknop (afb. 3, item 2) om de
ademautomaat uit te schakelen.
2. Open het cilinderventiel langzaam, maar volledig, om het systeem
onder druk te brengen. De PAS ASV fluit wordt gevoed vanuit de
ademluchtcilinder en klinkt daarom onophoudelijk tijdens de vluchten.
3. Maak de nekbandknop los uit de middelste band van het
hoofdbandenstel.
4. Spreid het hoofdbandenstel uit (afb. 8). Plaats de kin in het kinstuk
van het gelaatsmasker en trek het bandenstel over het hoofd.
Positioneer de middenplaat van het bandenstel op de achterzijde
van het hoofd.
5. Zie afb. 9. Trek de beide onderste banden (1) en daarna de bovenste
banden (2) gelijkmatig aan naar de achterzijde van het hoofd. Trek zo
nodig de middelste band (3) aan.
6. Adem normaal en verlaat meteen de gevaarlijke zone via de kortste en
veiligste vluchtroute.
De drager moet in een veilige zone zijn, voordat de cilinder leeg is.
Verwijder in een veilige omgeving zo nodig de ademautomaat van het
gelaatsmasker en blijf normaal ademen.
3.3
Na gebruik
WAARSCHUWING
!
Doe de uitrusting pas af wanneer u in een veilige zone, vrij van
risico, bent.
VOORZICHTIG
!
De uitrusting mag niet vallen of neergegooid worden om
beschadiging te voorkomen.
1. Maak de banden van het gelaatsmasker los.
○
Overdruksystemen: bij het afzetten van het gelaatsmasker van het
gezicht druk op de resetknop (afb. 3, item 2) om de ademautomaat
uit te schakelen.
2. Verwijder het gelaatsmasker en trek alle banden van het bandenstel
helemaal uit.
3. Als de onafhankelijke luchttoevoer nog verbonden is, isoleer de
toevoer en koppel hem af.
4. Sluit het cilinderventiel volledig.
5. Druk op de knop aan de voorzijde van de ademautomaat (afb. 7)
(vouw de rubberen afdekking terug om de knop in te drukken en breng
vervolgens meteen weer de rubberen afdekking aan) om het systeem
volledig te ontluchten.
6. Verwijder de ademautomaat van het gelaatsmasker (afb. 10 -
indrukkoppeling afgebeeld).
7. Open de gesp van de heupriem, til de gesp van de schouderband
omhoog om het bandenstel los te maken en verwijder vervolgens de
uitrusting.
8. Voer na gebruik de onderhoudstaken in de onderhoudstabel uit (zie
paragraaf 5.1).
4
Probleemoplossing
De gids voor probleemoplossing bevat informatie over storingsdiagnose
en reparatie voor gebruikers van het ademluchttoestel. Aanvullende
probleemoplossings- en reparatie-informatie is te vinden in de
gebruiksaanwijzing van de gebruikte apparatuur (bijv. gelaatsmasker en
ademluchtcilinder).
Neem contact op met het servicepersoneel of Dräger wanneer de
reparatie-informatie een servicetaak aangeeft, of wanneer de problemen
aanhouden nadat alle oplossingen zijn geprobeerd.
De
PAS ASV
fluit
wordt
gevoed
vanuit
gezichtsbeharing
(incl.
baardstoppels
Gebruiksaanwijzing
i
Probleem
Fout
Hogedrukluchtlekkage of
Losse of vuile
fout gegane lekkagetest
cilinderkoppelstuk
Defecte leiding of
defect onderdeel
Luchtlekkage van midden-
Defecte O-ring,
drukleidingverbinding
borging, veer of
bij drukregelaar
drukregelaar
(veiligheidsventiel)
Hoge of lage middendruk
Defecte
drukregelaar
Slecht hoorbaar fluitsignaal
Vuile fluit
de
Fluit functioneert niet goed
Defect activering-
mechanisme
5
Onderhoud
5.1
Onderhoudstabel
Voer tests en onderhoud uit op het ademluchttoestel volgens
onderstaande tabel. Dit geldt ook voor ademluchttoestellen die niet
gebruikt worden. Noteer alle onderhouds- en testgegevens. Lees ook de
gebruiksaanwijzing voor de ademautomaat, het gelaatsmasker en andere
bijbehorende apparatuur.
en
Om aan de nationale regelgeving van het land waar het ademluchttoestel
gebruikt wordt te voldoen, kunnen extra controles en tests noodzakelijk zijn.
Dagelijkse controle – Als de PAS Micro in gebruiksklare toestand
gehouden wordt, moet dagelijkse gecontroleerd worden of de wijzer van
de drukindicatie van de cilinder nog binnen de groene zone staat. Vul de
cilinder, indien de wijzer in de rode zone staat (zie paragraaf 5.2.2).
Onderdeel/
Taak
Systeem
Volledige
Visuele inspectie
uitrusting
(zie opmerking 1 en
paragraaf 3.1.1)
Functietest
(zie paragraaf 3.1.3)
Dynamische en
statische tests
(zie opmerking 2)
O-ring
Indien nodig
ademautomaat
controleren en smeren
(zie opmerking 3)
Drukregelaar
Middendrukcontrole
(zie opmerking 2)
O-ring hogedruk-
koppelstuk en
gesinterd filter
vervangen (zie
opmerking 2)
Drukregelaar
Revisie – Neem
en PAS ASV
contact op met
Dräger voor de
Repair & Exchange
Service (REX)
Cilinder
Laden om druk te
corrigeren
(zie paragraaf 5.2.2)
Controleer de initiële
op de cilinder
ingestanste testdatum
Cilinderdruktest en
hercertificering
Cilinderventiel
Basisrevisie
Opmerkingen
Aanbevelingen van Dräger
1. Reinig de apparatuur als die vuil is. Als de apparatuur is blootgesteld
aan vervuiling, desinfecteer dan alle componenten die rechtstreeks en
langdurig in aanraking komen met de huid.
2. Deze onderhoudstaken mogen alleen worden uitgevoerd door Dräger-
personeel of opgeleid servicepersoneel. Informatie over de diverse
testprocedures is te lezen in de technische handleiding die aan
servicepersoneel wordt uitgereikt dat een Dräger-cursus in onderhoud
en verzorging heeft bijgewoond.
3. Voor type A: controleer de O-ring op de ademautomaat; voor type
ESA: controleer het buitenoppervlak van het mannelijk deel van de
indrukconnector op de ademautomaat. Als richtlijn dient u het
smeermiddel te voelen op uw vingers, maar niet te zien. Als opnieuw
smeren nodig is, breng dan lichtjes Dow Corning
(andere smeermiddelen zijn niet getest en kunnen de apparatuur
beschadigen).
5.2
Onderhoudstaken
5.2.1
Verwijdering van de cilinder
WAARSCHUWING
!
Het vrijkomen van lucht onder hoge druk kan letsel veroorzaken
aan de gebruiker of ander personeel in de buurt van het
ademtoestel. Sluit het cilinderventiel en ontlucht het hele systeem
voordat u de luchtcilinder loskoppelt.
1. Sluit het cilinderventiel en druk op de knop aan de voorzijde (afb. 7)
(vouw de rubberen afdekking terug om de knop in te drukken en breng
Oplossing
Maak de
koppelingen los,
reinig ze, bevestig
ze en test ze
opnieuw
Vervang
accessoires die
de gebruiker kan
vervangen en
test opnieuw
Servicetaak
Servicetaak
Reinig fluit en
test opnieuw
Servicetaak
Na
Elke
Elk
Elke
gebruik
maand
jaar
zes
jaar
Uitvoeren conform de
nationale voorschriften
Tijdens de cilinderdruktest of
op basis van toestand
®
Molykote
®
111 aan
3361223 (A3-D-P) Pagina 2 van 3