Hydraulische slangen en
leidingen controleren
Controleer dagelijks de hydraulische leidingen en slangen
op lekkages, kinken, loszittende steunen, slijtage,
loszittende aansluitingen, slijtage door weersinvloeden en
de inwerking van chemicaliën. Voer alle noodzakelijke
reparaties uit voordat u de machine weer in gebruik neemt.
Waarschuwing
Hydraulische vloeistof die onder druk ontsnapt, kan
door de huid heen dringen en letsel veroorzaken.
• Controleer of alle hydraulische slangen en
leidingen in goede staat verkeren en alle
hydraulische aansluitingen en
verbindingsstukken stevig vastzitten voordat u
druk zet op het hydraulische systeem.
• Houd lichaam en handen uit de buurt van kleine
lekgaten of spuitmonden waaruit onder hoge
druk hydraulische vloeistof ontsnapt.
• U kunt lekken in het hydraulische systeem
opsporen met behulp van karton of papier.
• Hef alle druk in het hydraulische systeem op
veilige wijze op, voordat u werkzaamheden gaat
verrichten aan het hydraulische systeem.
• Waarschuw onmiddellijk een arts als er
hydraulische vloeistof is geïnjecteerd in de huid.
De tractieaandrijving afstellen
voor de neutraalstand
Als de machine beweegt wanneer het tractiepedaal in de
neutraalstand staat, moet de afstelnok van de tractie worden
afgesteld.
1. Parkeer de machine op een horizontaal oppervlak en zet
de motor af.
2. Krik de machine omhoog zodat deze met één voorwiel
en één achterwiel vrijkomt van de grond, en plaats
steunblokken onder het frame.
Waarschuwing
Als de machine niet goed is ondersteund, kan deze
per ongeluk naar beneden vallen, waardoor
iemand die zich daaronder bevindt, letsel kan
oplopen.
Één voorwiel en één achterwiel moeten vrijkomen
van de grond, omdat anders de machine tijdens de
afstelling zal bewegen.
3. Draai de borgmoer op de afstelnok van de tractie los
(Fig. 57).
1
Figuur 57
1. Afstelnok van de tractie
Waarschuwing
De motor moet lopen zodat een laatste afstelling
van de afstelnok van de tractie kan worden
uitgevoerd. Contact met hete of bewegende
onderdelen kan lichamelijk letsel veroorzaken.
Houd gezicht, handen, voeten en andere
lichaamsdelen uit de buurt van de geluiddemper,
andere hete delen van de motor en draaiende
onderdelen.
4. Start de motor en draai de zeskantige moer van de
afstelnok in beide richtingen om de middelste positie
van het bereik van de neutraalstand te bepalen.
5. Draai de borgmoer vast om de afstelling te borgen.
6. Zet de motor af.
7. Haal de steunblokken weg en laat de machine neer op
de grond. Maak een proefrit met de machine om er
zeker van te zijn dat deze niet beweegt als het
tractiepedaal in de neutraalstand staat.
43
2
2. Borgmoer