11.3. NMEA 2000-configuratie
Tabel 1.
Instelling
CAN-bus-profiel
NMEA 2000-out
Uniek
identiteitsnummer selector
Unieke nummers controleren
11.4. NMEA 2000 Configureren apparaatinstanties
Het apparaten-submenu geeft toegang tot een lijst die alle ontdekte apparaten op het VE.Can/NMEA 2000 netwerk:
Pagina 54
Color Control GX Handleiding
Standaard
VE.Can
Definieert het type & baudrate van het CAN-bus-netwerk. Om te gebruiken
in combinatie met de NMEA 2000. Zorg ervoor dat u een van de profielen
kiest die VE.Can bevat en is ingesteld op 250 kbit/s
Uit
Schakelt de NMEA 2000-out-functie in of uit.
1
Selecteert het blok getallen dat moet worden gebruikt voor de unieke
identiteitsnummers in het veld PGN 60928 NAME. Voor het GX-toestel zelf
en wanneer NMEA 2000-out ingeschakeld is, ook voor de virtuele-
toestellen. U dient dit alleen te wijzigen bij het installeren van meerdere
GX-apparaten op hetzelfde VE.Can-netwerk. Er zijn geen andere redenen
om dit nummer te wijzigen. Lees de laatste sectie in dit hoofdstuk voor
meer details met betrekking tot het Unieke identiteitsnummer.
Hiermee wordt gezocht naar andere apparaten die hetzelfde unieke
nummer gebruiken. Wanneer de zoekopdracht is voltooid, zal het reageren
met OK of met de tekst:
Er is al een apparaat verbonden met dit unieke nummer. Selecteer een
ander apparaat.
Houd er rekening mee dat er normaal gesproken geen reden is om deze
functie te gebruiken: het GX-apparaat controleert automatisch en continu
de uniciteit van de gebruikte nummers en waarschuwt wanneer er sprake
is van een conflict. Deze instelling is beschikbaar om snel te bevestigen dat
alles in orde is na het wijzigen van de instelling.
Omschrijving
Integratie Marine MFD met NMEA 2000