Montage- en bedieningsvoorschrift
Gasbrander WG5.../1-A LN
3 Productbeschrijving
3.3 Functie
3.3.1 Luchttoevoer
Luchtklep
De luchtklep regelt de luchthoeveelheid voor de verbranding. Via een instelschroef
op de luchtklep, of op de servomotor (optie) wordt de gewenste luchtkleppositie
ingesteld.
Bij branderstilstand sluit de servomotor (optie) de luchtklep automatisch. Daardoor
wordt het afkoelen van de warmtegenerator gereduceerd.
Waaier
De waaier voert de lucht van de aanzuigbehuizing naar de vlamkop.
Stuwplaat
Via de instelling van de stuwplaat wordt de luchtspleet tussen vlambeker en
stuwplaat veranderd. Daardoor worden de mengdruk en de luchthoeveelheid voor
de verbranding aangepast.
Luchtdrukschakelaar
De luchtdrukschakelaar controleert de ventilatordruk. Bij te lage ventilatordruk zorgt
de brandermanager voor een storingsafschakeling.
9-88
83051244 1/2020-01 La