Schakelen
NB: In neutraal blijft de impeller draaien. Hoewel het balanceren van voorwaartse en achterwaartse stuwkracht
de beweging van de boot tot een minimum beperkt, heeft de boot soms de neiging langzaam voor‑ en achteruit
te bewegen. Dit is normaal voor een boot met directe jetaandrijving. De bestuurder moet zich hiervan bewust
zijn en voorzichtig zijn wanneer de motor draait.
•
De buitenboordmotor heeft drie schakelstanden voor bedrijf: Vooruit (F), Neutraal (N) en Achteruit (R).
•
Lijn het pijltje op de gasgreep uit met de schakelstand voor laag toerental voordat u de buitenboordmotor
inschakelt.
•
Nadat de buitenboordmotor is ingeschakeld, zet u de afstandsbedieningshendel naar voren of draait u
de gasgreep (modellen met stuurknuppel) om het toerental te verhogen.
De motor afzetten
Verminder het motortoerental en schakel de buitenboordmotor in de neutrale stand. Druk op de stopschakelaar
of zet de noodstopschakelaar in de stand "OFF" (UIT).
Starten in geval van nood
Als het startkoord breekt of de repeteerstarter niet werkt, kunt u het reserve startkoord (bijgeleverd) gebruiken
en deze procedure volgen.
1.
Schakel de buitenboordmotor in de stand neutraal (N).
BEDIENING
N
R
.
34
F
ob01385
ob00543
ob00361