Inputs voor werking vanop afstand
•
afstandsschakelaar "start/stop"
•
dubbel instelpunt
•
desactiveren circuit 1 (alleen voor EWAD240~340)
•
desactiveren circuit 2 (alleen voor EWAD240~340)
Daikin Geïntegreerd Waterkoeler Netwerk (Daikin Integrated
Chiller Network - DICN)
Glycolapplicatie voor uitlaatwater aan verdamper tot –10°C
W
ERKINGSBEREIK
A
43
39
33
-15
-10
0
4
A
Buitentemperatuur (°C DB)
B
Uitlaatwatertemperatuur aan verdamper (°C)
Standaard werkingsbereik
Standaard
Bereik voor degressieve werking
Bereik bij toevoegen van glycol
H
OOFDCOMPONENTEN
meegeleverd met de unit)
1
Verdamper
2
Condensor
3
Compressor 1
4
Afvoerleidingafsluiter
5
Vloeistofafsluiter
6
Aanzuigafsluiter (als optie verkrijgbaar)
7
Gekoeld waterinlaat
8
Gekoeld wateruitlaat
9
Waterafvoer verdamper
10 Ontluchting verdamper
11 Sensor uitlaatwatertemperatuur (R4T)
12 Sensor inlaatwatertemperatuur (R3T)
13 Sensor omgevingstemperatuur (R5T)
14 Droger + vulklep
15 Voedingsinlaat
16 Noodstop (S5E)
17 Schakelkast
18 Digitale display besturing
19 Lokale bedradingsinlaat
20 Hoofdnetscheidingsschakelaar (in optie - S13S)
21 Compressor 2
EWAD120~340MBYNN
Luchtgekoelde ijswaterkoelgroepen
4PW22682-1
B
26
16
(raadpleeg het aanzichtschema dat is
K
EUZE VAN DE MONTAGEPLAATS
Dit is een klasse A-product. In een residentiële omgeving kan dit
product radiostoringen veroorzaken, en dan moet de gebruiker de
gepaste maatregelen treffen.
De units zijn ontworpen voor montage op het dak of op de grond. Ze
moeten worden gemonteerd op een plaats die voldoet aan de
volgende vereisten:
1
De fundering is stevig genoeg om het gewicht van de unit te
dragen en de basis is vlak om trillingen en geluidsoverlast te
voorkomen.
2
Er is voldoende vrije ruimte rond de unit voor het onderhoud en
de luchtinlaat en -uitlaat (raadpleeg de gebruiksaanwijzing).
3
Er kan geen brand ontstaan als gevolg van lekkage van licht
ontvlambare gassen.
4
De uitgeblazen lucht noch het geluid voortgebracht door de unit
mogen storend werken op de omgeving.
5
De luchtinlaat- en uitblaas van de unit mogen niet tegen de
windrichting in gemonteerd zijn. Frontale wind kan de werking
van de unit belemmeren. Breng indien nodig een windscherm
aan om de wind te blokkeren.
6
Ga na of het water geen schade kan berokkenen aan de lokalen
wanneer het uit de unit zou druipen.
C
ONTROLE EN BEHANDELING VAN DE UNIT
Bij de levering moet de unit worden gecontroleerd. Eventuele
schadeclaims moeten onmiddellijk worden doorgegeven aan de
bevoegde expeditie-agent.
Bij het behandelen van de unit dient u de volgende punten in acht te
nemen:
1
Hef de unit bij voorkeur op met een hijskraan en riemen
overeenkomstig de instructies vermeld op de unit. Hef de unit op
met behulp van een hijskraan en riemen overeenkomstig de
instructies vermeld op de unit.
2
Verwijder voor het monteren de houten balken (2) onderaan de
unit.
LET OP
Vermijd zoveel mogelijk in de unit te boren. Als dit toch
noodzakelijk is dient u de ijzeren vulling grondig te
verwijderen om roestvorming op het oppervlak te
voorkomen.
U
ITPAKKEN EN MONTEREN VAN DE UNIT
1
Verwijder de houten balken van de unit.
2
Bevestig montagestukken tegen trillingen bij montage van de
unit op het dak of in andere gevallen waarbij geluidsoverlast en
trillingen voor problemen kunnen zorgen.
3
Monteer de unit op een stevige en vlakke fundering.
Montagehandleiding
2