Legenda
4
INTEGRAAL A2
5
Warmtetekort
6
Tijd
7
Warmtepomp in bedrijf
8
Buiten bedrijf
9
Compressor
10
Interne bijverwarming
11
Compressor start (A1)
12
Bijverwarming start A2
13
Bijverwarming stopt (uiterlijk bij A1)
14
Compressor stopt (=0)
15
INTEGRAAL A3
16
Externe bijverwarming
De berekening van de integraalwaarde stopt tijdens warmtestop. De berekening van de integraalwaarde wordt
hervat als warmtestop geëindigd is.
In dit voorbeeld is INTEGRAAL A3 < INTEGRAAL A2. Dat houdt in dat de externe bijverwarming eerder wordt geac-
tiveerd dan de interne bijverwarming. Voorwaarde hiervoor is dat deze geactiveerd zijn.
11.2.8
HYSTERESIS
Om de warmtepomp vooraf te starten bij plotselinge veranderingen in de warmtevraag kunt u de HYSTERESIS-waarde
gebruiken. Deze waarde reguleert het verschil tussen de werkelijke aanvoertemperatuur, t
voertemperatuur, t
dat er een warmtevraag ontstaat of dat de warmtevraag sneller verdwijnt dan is berekend door de reguliere inte-
graalberekening, wordt de integraalwaarde geforceerd op de startwaarde (-60) INTEGRAAL A1 of op de stopwaarde
(0) gezet.
2
1
7
Afbeelding 24.
Nummer
1
2
3
4
40 – Installatiehandleiding VMGFB210
. Als het verschil gelijk is aan of groter is dan de ingestelde HYSTERESIS-waarde (x), dat wil zeggen
2
9
8
Voorwaarden voor geforceerde verplaatsing van de integraalwaarde door HYSTERESIS.
Beschrijving
Integraal
Aanvoertemperatuur
t
1
t
2
3
4
5
6
, en de berekende aan-
1