7
Elektrische installatie
7.1
Elektrische aansluiting
Voorzichtig! De elektrische installatie mag alleen worden uitgevoerd door een erkende elektricien en moet
voldoen aan de toepasselijke lokale en landelijke voorschriften.
Voorzichtig! Bij de elektrische installatie mogen alleen permanent aangelegde kabels worden gebruikt. De
stroomtoevoer moet kunnen worden geïsoleerd met een meerpolige schakelaar (werkschakelaar) met een
minimale contactopening van 3 mm.
GEVAAR! De klemmenstroken staan onder spanning en kunnen levensgevaarlijk zijn vanwege het gevaar
voor elektrische schokken. De stroomtoevoer moet worden onderbroken voordat met de elektrische
installatie kan worden begonnen. De warmtepomp is in de fabriek intern aangesloten.
1.
Demonteer de frontplaat van de warmtepomp.
2.
Trek de voedingskabel door de hiervoor bedoelde opening in de achterkant van de warmtepomp naar de
klemmenstroken.
3.
Sluit de voedingskabel aan op de hiervoor bedoelde klemmenstroken.
Zie de aparte handleiding voor de elektrische voorschriften.
GEVAAR! Elektrische stroom! De voedingskabel mag alleen worden aangesloten op de daarvoor bedoelde
klemmenstrook. Gebruik geen andere klemmenstroken!
Opzet elektriciteitskast
F1
K2
K1
F10
F11
X1
Afbeelding 14.
18 – Installatiehandleiding VMGFB210
F0 F3 F4
1
Elektriciteitskast
E1
Legenda
K1
K2
F10
F11
F1
F0
1
F3
F4
X1
1
Contactgever compressor
Contactgever brine-pomp
Overstroomrelais compressor
Overstroomrelais brine-pomp
Zekering brine-pomp
Regelzekering regeling, oververhit-
tingsbeveiliging en compressor
Regelzekering bijverwarming
Regelzekering olie en elektriciteit
Klemmenstroken voor ingaande voed-
ing en temperatuursensor alsmede
klemmenstroken voor externe onder-
delen
Ruimte voor extra kaart