7.2
Aansluiting pomp heetgas
1.
Sluit de pomp heetgas aan op de hiervoor bedoelde klemmenstroken. De spanning is 230 VAC. De pomp is
bedoeld voor plaatsing buiten de behuizing van de warmtepomp en moet worden aangesloten met flexibele
slangen.
Deze pomp draait parallel aan de compressor.
Zie de aparte handleiding voor de elektrische voorschriften.
7.3
Sensor voor buitentemperatuur aansluiten
Plaats de buitensensor aan de noord- of noordwestzijde van het huis, goed beschermd tegen direct zonlicht. Plaats
de buitensensor niet op reflecterende metaalplaten. Plaats de sensor op minimaal 1 m afstand van openingen in de
muren waar warme lucht uit kan stromen.
Als de sensorkabel via een leiding wordt aangesloten, moet de leiding worden afgedicht, zodat de sensor niet door
eventuele warme, naar buiten stromende binnenlucht wordt beïnvloed.
1.
Trek de aansluitkabel van de buitensensor door de hiervoor bedoelde opening in de achterkant van de warm-
tepomp naar de klemmenstrook.
2.
Sluit de sensor aan op de hiervoor bedoelde klemmenstrook.
Zie de aparte handleiding voor de elektrische voorschriften.
Voorzichtig! De buitensensor wordt aangesloten met een zeer lage veiligheidsspanning. Volg de
afzonderlijke montage-instructies voor buitensensoren!
7.4
Sensor warm water aansluiten
Sluit de sensor warm water aan op de hiervoor bedoelde klemmenstroken. Plaats de sensor op een derde van de
hoogte vanaf de bodem in de warmste boiler.
Zie de aparte handleiding voor de elektrische voorschriften.
7.5
Sensor voor systeemaanvoerleidingtemperatuur aansluiten
De systeemaanvoerleidingsensor moet altijd op de aanvoerleiding van het systeem worden gemonteerd ná de bij-
verwarming. Plaats de sensor zodanig dat het verwarmingswater daar al goed vermengd is.
Zie de aparte handleiding voor de elektrische voorschriften.
7.6
Driewegklep voor warm water aansluiten
Zie de aparte handleiding voor de elektrische voorschriften en driewegklep.
7.7
Kamersensor (accessoire) aansluiten
Demonteer de frontplaat van de warmtepomp.
1.
Trek de aansluitkabel van de kamersensor door de hiervoor bedoelde opening in de achterkant naar de klem-
menstrook.
2.
Sluit de sensor aan op de hiervoor bedoelde klemmenstrook.
Zie de aparte handleiding voor de elektrische voorschriften.
7.8
Druk- en flowsensor (accessoire) aansluiten
Zie aparte handleidingen voor elektrische voorschriften en druk- en flowsensor.
7.9
Start en stop bijverwarming aansluiten
Sluit start/stop van bijverwarming aan op de daarvoor bedoelde klemmenstrook.
Zie de aparte handleiding voor de elektrische voorschriften.
7.10
Regelsignaal voor bijverwarming aansluiten
Zie de aparte handleiding voor de elektrische voorschriften.
Installatiehandleiding VMGFB210 – 19