ONDERHOUD
VLOEISTOFSYSTEEM
VLOEISTOFKLEP
De vloeistofklep regelt de vloeistoftoevoer naar de
schrobborstels. De klep moet zodanig gekoppeld
zijn dat de klep volledig open en dicht kan.
De kabel van de vloeistofregeling kan zowel ter
hoogte van de vloeistofhendel als bij de klep
worden afgesteld. Als u de kabel bij de
vloeistofhendel wilt afstellen, moet u het
machinedeksel openzetten. Als u de kabel bij de
klep wilt afstellen, lokaliseert u de klep via de
schrobkop. Stel de kabel af terwijl de klep
helemaal gesloten is (uit--stand).
De hendel van de vloeistoftoevoer heeft twee
bevestigingspunten voor de trekpen van de
toevoerkabel. In de fabriek wordt de kabel
vastgezet op het binnenste bevestigingspunt. De
trekpen van de kabel kan eventueel op het
buitenste bevestigingspunt worden vastgezet: de
vloeistoftoevoer naar de vloer neemt in dit geval
toe. Deze bevestigingspositie is eigelijk alleen
geschikt voor zwaar verontreinigde vloeren.
352716
VUILWATERTANK
In de vuilwatertank wordt het vuile water
opgeslagen.
De vuilwatertank dient op de volgende momenten
te worden geleegd: iedere dag na gebruik, als de
schoonwatertank leeg is, als de vacuüm ventilator
vanwege de vlotter stilvalt en als het lampje
"Vuilwatertank vol" gaat branden. Meer informatie
vindt u in het onderdeel Tanks legen en
schoonmaken van deze handleiding.
116
8300 330645 (11- -00)
Home
Find... Go To..