REC VIEW
.......................................................... Beelden bekijken direct nadat ze zijn gemaakt
OFF
De foto die wordt opgeslagen, wordt niet weergegeven. Dit is nuttig als u snel klaar wilt
zijn voor de volgende foto.
ON
Het opgenomen beeld verschijnt even op de monitor. Dit is handig als u de foto die u
zojuist heeft genomen even wilt controleren. U kunt doorgaan met fotograferen terwijl
de foto nog wordt weergegeven.
• Als s op [SHOOT & SELECT1] staat, wordt de foto die u heeft gemaakt weergegeven tijdens
het opslaan, ongeacht de instelling.
• Als s op [AUCTION] of [SHOOT & SELECT2] staat, wordt de foto die wordt opgeslagen niet
weergegeven, ongeacht de instelling.
FILE NAME
.................................................................... Bestandsnamen van beelden herstellen
RESET
Deze methode is handig bij het groeperen van bestanden op aparte geheugenkaartjes.
De bestandsnummers en mapnummers worden geannuleerd als er een nieuw
kaartje in de camera wordt geplaatst. Het mapnummer wordt teruggezet op [nr. 100]
en het bestandsnummer wordt teruggezet op [nr. 0001].
AUTO
Deze methode is handig als u al uw bestanden met doorlopende nummers wilt
beheren.
Zelfs als u een nieuwe geheugenkaart inzet, worden het map- en bestandsnummer van
het vorige kaartje aangehouden. Dit is handig bij het beheer van meerdere kaartjes.
De bestandsnamen en bijbehorende mapnamen voor opgeslagen beelden worden automatisch
aangemaakt door de camera. De bestandsnamen en mapnamen bevatten respectievelijk bestand-
snummers (0001 t/m 9999) en mapnamen (100 tot 999). Deze worden als volgt genoemd.
\ D C I M \ * * * O L Y M P \ P m d d * * * * . j p g
Maand: jan. – sept. = 1 – 9, okt. = A, nov. = B, dec. = C
PIXEL MAPPING
............................................................. Beeldbewerkingsfuncties controleren
Met de functie Pixel Mapping kan de camera de CCD en de beeldbewerkingfuncties controleren en
bijstellen. U hoeft deze functie niet vaak uit te voeren. Wij raden u aan dit één keer per jaar te doen.
Wacht ten minste één minuut na het nemen of bekijken van foto's om de functie pixel mapping opti-
maal te laten functioneren. Als u tijdens het controleren van de beeldbewerkingsfuncties de camera
uitschakelt, dient deze procedure opnieuw uitgevoerd te worden.
Selecteer [PIXEL MAPPING]. Zodra [START] verschijnt, drukt u op o.
s ..........................................................................
s
BACK
MENU
SET
32
NL
Mapnaam
Mapnr.
Maand (1 – C)
(100 – 999)
1 : Maakt de monitor helderder. 2: Maakt de monitor donkerder.
Druk op o om uw keuze te bevestigen.
OK
Bestandsnaam
Bestandsnr.
(0001 – 9999)
Dag (01 – 31)
Helderheid van de monitor aanpassen