Samenvatting van Inhoud voor Newport Medical Instruments e360S
Pagina 1
Newport Medical Instruments, Inc. Beademingsapparaat Newport e360 Bedieningshand- leiding Voor model e360S, e360P, e360E OPR360U-NL Rev. A 02-2013 Newport Medical Instruments, Inc. 1620 Sunflower Ave. Costa Mesa, CA 92626 Tel.: +1 (714) 427 58 11 Tel.: +1 (800) 451 31 11 (alleen VS) Fax: +1 (714) 427 04 89 Doorkiesnr.
Pagina 3
Revisiegeschiedenis handleiding Rev. A Mei 2009 Nieuwe uitgave Rev. B Juni 2011 Revisiekennisgeving bedieningshandleiding opgenomen voor update van oplaadschema interne batterij, toegevoegd octrooinummer en update van garantie voor O -sensor. Rev. C Juli 2011 Update van handleiding met opname van aanhangsel voor softwareversie 7.0 en correctie van garantie O sensor.
Pagina 7
UITVOUWTEKENINGEN Tijdens het doornemen van de handleiding kunt u ter verduidelijking deze tekeningen raadplegen. Scherm met alarmen Uitgebreide functies Hoofdscherm Setup & Calibration • High Paw • Insp Hold • Waves • Low Paw • Loops • Exp Hold • Circuit Check • High MV •...
Alarmonderdrukkingsknop en indicatielampje Alarmresetknop Grafische gebruikersinterface 360SDgr-alarmlamp ADULT 05-01-2008 15:30 Hours Menuknop Alarms Screen VTPC-SPONT 999999.7 Schermknoppen GUI • Menuknop Main Screen • Menuknop Extended Functions • Menuknop Setup & Calibration Drukstaafdiagram Beademingsregeling Instellingsknop Knop Accept Speciale functies • Knop Non-Invasive OPMERKING: De circuitcontrole is alleen beschikbaar in de stand-by stand (alleen bij het inschakelen van het apparaat).
Pagina 9
Inhoudsopgave Inleiding Beschrijving van het apparaat Informatie over beoogd gebruik Over deze handleiding Typografische conventies Versies en configuraties Onderhoudsrichtlijnen Regelmatig onderhoud Onderhoudsregistratie bijhouden Disclaimers Waarschuwingen Algemene waarschuwingen Waarschuwingen met betrekking tot filters Waarschuwingen met betrekking tot de stroomvoorziening Waarschuwingen met betrekking tot gas Waarschuwingen met betrekking tot hulpapparatuur Aandachtspunten Verantwoordelijkheid voor de veiligheid van de patiënt...
Pagina 10
Inhoudsopgave Uitpakken, in elkaar zetten en veiligheidscontrole Het beademingsapparaat uitpakken Lijst met inhoud verpakking In elkaar zetten Expiratieklepvak Lucht, zuurstof en netstroom aansluiten Het beademingscircuitsysteem installeren Veiligheidscontroleprocedure Opzetten en inspectie Noodinlaatklep Circuitcontrole Gastoevoeralarmen Alarm uitval netstroom/back-upbatterij Alarmen hoge/lage luchtwegdruk / alarm circuit losgekoppeld / alarmonderdrukking Alarmen minuutvolume / back-upbeademing / apneu Trigger/drukondersteuning...
Pagina 11
Inhoudsopgave Implement Quick Setup (snelle configuratie implementeren) Exit Technical Comm Protocol (communicatieprotocol) Display Brightness Regional Settings (regionale instellingen) Altitude (hoogte) Language (taal) Pressure Units (drukeenheden) Date Format (datumnotatie) Datum en tijd Screen Files Event History Files Gids beademingsregeling Beademingsinstellingen in gegevensset Advanced Slope/Rise Expiratory Threshold Pause...
Pagina 12
Inhoudsopgave Alarm History Het alarmgeschiedenislog opslaan Alarm Loudness Alarm Tones Alarmschermen afsluiten Alarminterfaceomgeving voorpaneel Alarmonderdrukkingsknop Functie loskoppeling voor afzuiging Alarmresetknop Niet-afstelbare alarmen Gids alarmschendingen en oplossingen Reiniging en onderhoud Inleiding Gebruik van filters Inspiratiepoort (To Patient) Expiratiepoort (From Patient) Demontage- en montageprocedures Ventilatorfilter achterpaneel Expiratieverdeelstuk Expiratieflowsensor en kabel...
Pagina 13
Inhoudsopgave Beheer van spontane ademhaling in SIMV en SPONT Pressure Support Targetvolume-drukondersteuning Beademingsmodi A/CMV SIMV SPONT (spontaan) Geavanceerde kenmerken en speciale functies Biasflow Slope/Rise Expiratory Threshold en FlexCycle Lekcompensatie Compl Comp (compliantiecompensatie) Niet-invasieve beademing - NIV Lekcompensatie in NIV Alarminstellingen in NIV Specificaties Alarmen, regelingen, bewaakte gegevens, configuratie en kalibratie Tabel Quick Setup*...
Inleiding Beschrijving van het apparaat Beademingsapparaat e360 is een hoogpresterend, door een microprocessor bestuurd beademingsapparaat dat gemakkelijk in gebruik en onderhoud is. De e360 is voorzien van een gastoedieningssysteem met twee servo's, een servogestuurde actieve expiratieklep, een gebruiksvriendelijke interface en een grafische touchscreen-monitor.
Inleiding Het verwarmde expiratiesysteem heeft een actieve expiratieklep met een lage weerstand tegen geëxpireerde flow waardoor de circuitdruk snel terugkeert naar de baseline en de kans op auto-PEEP wordt verkleind. Afbeelding 1-1 Newport e360 beademingsapparaat Informatie over beoogd gebruik Het e360 beademingssysteem is bestemd voor het leveren van invasieve en niet-invasieve ademhalingsondersteuning en -bewaking voor neonatale, pediatrische en volwassen patiënten met respiratoir falen of respiratoire insufficiëntie.
Inleiding Hoofdstuk 1 – Inleiding Dit hoofdstuk bevat informatie over veilig gebruik van het e360 beademingssysteem, informatie over deze handleiding, algemene waarschuwingen en aandachtspunten. Hoofdstuk 2 – Overzicht beademingsapparaat Dit is de routekaart, met aanwijzingen voor hoe u de weg vindt door de verschillende functies.
Deze handleiding is van toepassing op softwareversie 7.1 en hoger voor het e360 beademingssysteem, dat in drie verschillende configuraties leverbaar is: e360S, e360P en e360E. Tabel 1-1 bevat de precieze gegevens van elke configuratie. OPMERKING: Deze handleiding kan ook worden gebruikt voor model e360T als het addendum voor het T-model, 'ADDOPR360T', aanwezig is.
Inleiding Onderhoudsrichtlijnen Regelmatig onderhoud Onderhoud moet met vaste tussenpozen worden verricht door deskundigen die specifiek zijn opgeleid in onderhoud en reparatie van het Newport e360 beademingsapparaat. Onderhoudsregistratie bijhouden Alle verrichte onderhouds- en reparatiewerkzaamheden aan het e360 beademingssysteem moeten in een onderhoudslogboek worden vastgelegd conform de procedures van het ziekenhuis en de nationale voorschriften.
Inleiding Zorg dat u een andere beademingsmethode gereed voor gebruik hebt tijdens het gebruik van het beademingsapparaat. Als er twijfel rijst over de werking of de bewakingsfuncties staakt u het gebruik van het beademingsapparaat en zet u een andere beademingsmethode in. Gebruik tijdens het gebruik van het e360 beademingsapparaat bij een patiënt altijd geschikte bewakingsapparatuur (bijvoorbeeld een pulsoxymeter en/of capnograaf) om zeker te zijn van een toereikende...
Pagina 25
Inleiding Als er geen schoon, droog filter wordt gebruikt op de inspiratiepoort (To Patient), moet het inspiratieverdeelstuk worden gesteriliseerd als een van de volgende situaties optreedt tijdens de beademing van de patiënt: • alarm apparaatwaarschuwing • alarm voor uitval van toevoer van zowel lucht als O • alarm aanhoudend hoge baseline-druk (Dit zijn alarmen waardoor de noodinlaat-/ontlastklep en de expiratieklep opengaan.) Actieve bevochtiging, verneveling of instillatie van geneesmiddelen of vloeistoffen kan leiden tot ophoping van vocht in het expiratiefilter...
Inleiding Door tests is vastgesteld dat deze apparatuur voldoet aan de EMC- limieten van de richtlijn medische hulpmiddelen 93/42/EEG (EN 55011 klasse 1 en EN 60601-1-2). Deze limieten zijn opgesteld met het oog op een redelijke bescherming tegen schadelijke storingen in een gangbare medische installatie. De apparatuur genereert en maakt gebruik van radiofrequente energie en kan deze uitstralen.
Inleiding Aandachtspunten Houd u aan deze veiligheidsrichtlijnen. Verspreid in dit document vindt u nog meer aandachtspunten (aangeduid met 'Let op') met betrekking tot de specifieke context. Gebruik uitsluitend zekeringen met de juiste waarde. Dompel het beademingsapparaat niet onder in vloeibare sterilisatiemiddelen of vloeistoffen van welke soort dan ook.
Inleiding Aanpassing of onjuist gebruik van het product kan gevaarlijk zijn. Newport Medical wijst alle aansprakelijkheid voor de gevolgen van wijzigingen of aanpassingen van het product af, alsook voor de mogelijke gevolgen van het gebruik van dit beademingsapparaat in combinatie met andere producten (geleverd door Newport Medical dan wel door andere fabrikanten) indien een dergelijke combinatie niet wordt aanbevolen door Newport Medical.
Overzicht Overzicht beademingssysteem De gebruiker regelt de instellingen van het beademingsapparaat met behulp van de grafische gebruikersinterface, de membraanknoppen en de instellingsdraaiknop. De toediening van beademing wordt doorlopend bewaakt en bestuurd door een servogestuurd feedbacksysteem. Als er een verschil is tussen de gemeten waarde en de targetwaarde stelt de e360 de gastoediening bij om de targetwaarde te verwezenlijken.
Overzicht 1. Inspiratiepoort (naar patiënt) met buitendiam. 22 mm 2. Expiratiepoort (van patiënt) met buitendiam. 22 mm 3. Expiratieklep 4. Expiratieflowsensor 5. Aansluiting flowsensorkabel Afbeelding 2-1 Indeling onderkant voorpaneel Indeling achterpaneel Het achterpaneel van de e360 bevat de aan/uit-schakelaar, inlaten voor lucht/zuurstof en andere aansluitingen voor diverse externe apparaten.
Overzicht Raak een parameterbedieningselement in de GUI aan of druk op een parametermembraanknop op het bedieningspaneel. Vervolgens draait u aan de instelknop (uitvouwtekening F-4, item 9) om de wijziging aan te brengen. Dan drukt u op de knop Accept (akkoord; uitvouwtekening F-4, item 10) om de wijziging te bevestigen of van kracht te maken.
Overzicht Methoden voor triggering door patiënt Zie uitvouwtekening F-4, item 8. Het beademingsapparaat biedt de clinicus de keuze uit triggering op basis van flow of druk (P) voor door de patiënt ingezette ademslagen in alle beademingsmodi. Om Flow dan wel P te selecteren drukt u op de knop Trig (trigger;...
Overzicht Knop O (3 min) Zie uitvouwtekening F-4, item 11. Druk op de knop O (3 min) om een getimede toediening van 100% zuurstof te starten, ongeacht de actuele FIO2-instelling. Het indicatielampje op de knop O (3 min) gaat branden wanneer deze functie wordt geactiveerd.
Overzicht Main Screen (hoofdscherm) Zie uitvouwtekening F-4, item 6. Druk op de menuknop Main Screen op het bedieningspaneel om vijf GUI-menuknoppen weer te geven: Waves, Loops, Numeric, Trends en Freeze (curven, loops, numeriek, trends en stilzetten). Als Freeze is geselecteerd kan met de instelknop een cursor over het scherm worden verplaatst.
Overzicht Selectie van patiënt en ademslagtype/modus Helemaal links op de statusbalk wordt een pictogram weergegeven dat aangeeft welke patiëntcategorie en welk opgelegd ademslagtype/ welke modus geselecteerd zijn. Zie hoofdstuk 4 voor nadere inlichtingen. Indicator patiënt-trigger Tijdens beademing knippert het gebied met de patiëntcategorie en de selectie van opgelegd ademslagtype/modus telkens groen als de patiënt het beademingsapparaat triggert.
Pagina 40
Overzicht De interne batterij moet tot 5 uur lang worden geladen met netstroom om een lading van 80% te verkrijgen en is volledig geladen na 14-16 uur. Als de spanning van de interne batterij laag blijft (het alarm batterij bijna leeg gaat af nadat het apparaat wordt losgekoppeld van de netstroom) na 5 uur laden op netstroom, moet de interne batterij misschien worden vervangen.
Pagina 41
Hoofdstuk 3: itpakken, in elkaar zetten en veiligheids- controle...
Pagina 43
Hoofdstuk 3: itpakken, in elkaar zetten en veiligheids- controle Het beademingsapparaat en de accessoires uitpakken............. 3-1 Lijst met inhoud verpakking ....3-1 In elkaar zetten ........... 3-1 Expiratieklepvak ........3-4 Lucht, zuurstof en netstroom aansluiten ...3-5 Het beademingscircuitsysteem installeren ..........3-6 Veiligheidscontrole..........3-8 Opzetten en inspectie ......3-8 Noodinlaatklep ..........3-8 Circuitcontrole ..........3-9...
Uitpakken, in elkaar zetten en veiligheidscontrole Het beademingsapparaat en de accessoires uitpakken Maak een aantekening van eventuele transportschade aan de dozen en neem hier zo mogelijk foto's van. Vergelijk de door u ontvangen artikelen met de hieronder vermelde inhoud van de e360-verpakking. Wend u tot de klantenservice van Newport als u afwijkingen constateert.
Pagina 46
Uitpakken, in elkaar zetten en veiligheidscontrole Reset Main Screen Extended Functions Device Alert Device Alert Setup & Calibration Device Alert Airway Pressure MODE Select F O2 Tidal Volume Flow I Insp Resp Rate Volume Pressure Control Control A/CMV A/CMV A/CMV Trig Pressure Support Pressure Limit...
Pagina 47
Uitpakken, in elkaar zetten en veiligheidscontrole Afbeelding 3-2 Externe monitor OPR360U A0509 5. O ptioneel: Installeer de externe monitor (instructies worden bij de monitor geleverd). Zie afbeelding 3-2. OPR360U-NL Rev. A 02-2013...
Pagina 48
Uitpakken, in elkaar zetten en veiligheidscontrole Reset Main Screen Extended Functions Device Alert Device Alert Setup & Device Alert Calibration Airway Pressure MODE Select F O2 Tidal Volume Flow I Insp Resp Rate Volume Pressure Control Control A/CMV A/CMV A/CMV Trig Pressure Support Pressure Limit...
Uitpakken, in elkaar zetten en veiligheidscontrole Expiratieklepvak Open het expiratieklepvak en controleer of de expiratieklep en de flowsensor goed zijn aangebracht. Zie afbeelding 3-4. Sluit de klep van het vak. Zie hoofdstuk 6 voor instructies voor verwijdering en reiniging. 1. Flowsensor 2. Flowsensorkabel 3. Expiratieklep Afbeelding 3-4 Expiratieklepvak Afbeelding 3-5 Flowsensorkabel aansluiten OPMERKING: Zorg bij het aansluiten van de flowsensorkabel op de flowsensor dat de gaten in de kabelconstructie goed in lijn staan met de pennen op de flowsensor, en druk ze vervolgens voorzichtig op elkaar. Verdraai de twee constructies niet tijdens het aansluiten of verwijderen van de flowsensorkabel, want daardoor kunnen de sensor en de kabel worden beschadigd. Zie afbeelding 3-5.
Uitpakken, in elkaar zetten en veiligheidscontrole Afbeelding 3-6 Aansluitingen lucht, O en netstroom Sluit het netsnoer aan op de aansluiting achterop het beademingsapparaat. Zet de borgklem vast. Zie afbeelding 3-6, B. Let op Inspecteer de waterafscheiders van de lucht- en zuurstofinlaat regelmatig en verwijder zo nodig het water eruit door de pen onderaan de afscheider in te drukken. Het beademingscircuitsysteem installeren 1. B reng de wegwerpfilters stevig aan op de poort To Patient en de poort From Patient.
Pagina 51
Uitpakken, in elkaar zetten en veiligheidscontrole 1. Patiëntaansluiting 2. Filter 3. Beademingsapparaat 4. Van patiënt 5. Naar patiënt 6. Filter Afbeelding 3-7 Beademingscircuit met verwarmingsdraad en bevochtiger 1. Patiëntaansluiting 2. Filter 3. Beademingsapparaat 4. Van patiënt 5. Naar patiënt 6. Filter Afbeelding 3-8 Beademingscircuit zonder verwarming, met bevochtiger 1. Patiëntaansluiting 2. Filter 3. Beademingsapparaat 4. Van patiënt 5. Naar patiënt 6.
Uitpakken, in elkaar zetten en veiligheidscontrole WAARSCHUWING! Gebruik waterafscheiders of verwarmde draden op geschikte plaatsen in het beademingscircuit om te voorkomen dat water zich in de circuitslangen ophoopt, de luchtweg van de patiënt in loopt of het beademingsapparaat in loopt. Leeg en reinig de waterafscheiders naar vereist. Het afgetapte water nooit terugvoeren naar de waterkamer van de bevochtiger. Let op Het beademingsapparaat is pas gereed voor gebruikt als het volledig in elkaar is gezet en als de veiligheidscontrole- en circuitcontroleprocedure met goed gevolg zijn doorlopen. Veiligheidscontrole De e360 voert een zelfdiagnosetest uit als hij wordt ingeschakeld en controleert de werking van de interne elektronica.
Uitpakken, in elkaar zetten en veiligheidscontrole WAARSCHUWING! Newport Medical raadt ten sterkste aan om een schoon/gedesinfecteerd circuit en schone/gedesinfecteerde filters aan te brengen op het beademingsapparaat voordat u door het circuit ademt. Circuitcontrole 1. S luit de slangen voor hogedrukzuurstof en -lucht aan tussen de waterafscheiders op de zuurstof- en luchtinlaat achterop de Newport e360 en gasbronnen van 50 ± 10 psig lucht en zuurstof van medische kwaliteit aangevoerd vanuit een gascilinder, wandaansluiting of luchtcompressor.
Uitpakken, in elkaar zetten en veiligheidscontrole 3. S tel de FIO2 af op 0,23. Koppel de slang voor hogedrukzuurstof los van de gasbron. Controleer of de e360 een akoestisch alarm en het visuele alarmbericht O Supply Loss (uitval O -toevoer) afgeeft. 4. S luit de slang voor hogedrukzuurstof weer aan op de gasbron. Controleer of het alarm nu niet meer wordt gegeven. Druk op Reset om het visuele bericht en de aanduiding te wissen. Zet de FIO2 weer op 0,21. 5. K oppel de slang voor hogedruklucht los van de gasbron. Controleer of de e360 een akoestisch alarm en het visuele alarmbericht Air Supply Loss (uitval luchttoevoer) afgeeft. 6. S luit de slang voor hogedruklucht weer aan op de gasbron. Controleer of het alarm nu niet meer wordt gegeven. Druk op Reset om het visuele bericht en de aanduiding te wissen. Alarm uitval netstroom/back-upbatterij 1. T rek terwijl het beademingsapparaat in bedrijf is, de stekker van het netsnoer uit het stopcontact. Controleer of het beademingsapparaat blijft werken en een akoestisch en een visueel alarm afgeeft, of het indicatielampje Int Battery (interne...
Uitpakken, in elkaar zetten en veiligheidscontrole 7. S luit de testlong weer aan op het Y-stuk. Controleer of het akoestische alarm ophoudt en of het alarmindicatielampje constant brandt. 8. D ruk op de knop Reset om het alarmbericht High Paw en de visuele aanduidingen te wissen. Alarmen minuutvolume / back-upbeademing / apneu 1. S tel de Resp Rate in op 20 ademh./min. Controleer of binnen 30 seconden zowel de akoestische als de visuele aanduiding voor het alarm High MV (hoog geëxpireerd minuutvolume)
Uitpakken, in elkaar zetten en veiligheidscontrole OPMERKING: De flowsensor moet worden gekalibreerd als u vermoedt dat het expiratoire teug-/minuutvolume significant afwijkt van de verwachte waarde (bijvoorbeeld ±25%). Als de sensor niet kan worden gekalibreerd, ook na reiniging en sterilisatie, inspecteert u hem op gebroken draden. Als hij is beschadigd, voert u hem af overeenkomstig de plaatselijke voorschriften en plaatst u een nieuwe sensor. Alarm bij uitschakeling 1. S chakel de e360 UIT. Controleer of het akoestische alarm uitschakeling wordt geactiveerd. 2. Druk op de alarmonderdrukkingsknop. Controleer of het alarm onderdrukt wordt. OPR360U A0509 3-12 OPR360U-NL Rev.
Uitpakken, in elkaar zetten en veiligheidscontrole OPMERKING: Maak kopieën van dit formulier om er de resultaten van veiligheidscontroles op te noteren. Newport e360 beademingsapparaat Registratie veiligheidscontrole Newport Medical raadt aan om een volledige veiligheidscontrole uit te voeren vóór A) het eerste gebruik van het beademingsapparaat en B) in elk geval bij elke preventieve onderhoudsbeurt. Serienummer van apparaat: Controle Geslaagd Mislukt Opzetten en inspectie Noodinlaatklep Circuitcontrole Gastoevoeralarmen Alarm uitval netstroom / back-upbatterij Drukalarmen / alarm circuit losgekoppeld / alarmonderdrukking Alarmen minuutvolume / back- upbeademing / apneu...
Pagina 59
Hoofdstuk 4: onfiguratie voor gebruik bij een patiënt...
Pagina 61
Hoofdstuk 4: onfiguratie voor gebruik bij een patiënt Bedrijfscondities, so Bedrijfscondities ......4-1 Uitschakelalarm ............4-1 Overzicht: Voorbereiding van patiëntbeademing ..... 4-1 Menu Setup & Calibration ........... 4-2 Circuitcontrole ............4-2 Zuurstof- en flowsensor ...........4-3 Expiratieflowsensor, kalibratie ......4-4 -sensor (zuurstof), kalibratie ......4-4 -sensor, uitschakelen ........4-5 Patiëntconfiguratie ............4-5 Patiëntcategorie ...........4-5...
Pagina 62
Altitude (hoogte) ..........4-8 Language (taal) ..........4-8 Pressure Units (drukeenheden) ...... 4-9 Date Format (datumnotatie) ........4-9 Datum en tijd ............4-9 Screen Files (schermbestanden) ......4-9 Event History Files (gebeurtenisgeschiedenisbestanden) ....4-9 Gids beademingsregeling ..........4-10 Beademingsinstellingen in gegevensset Advanced ..4-12 Slope/Rise (gradiënt/stijging) ........ 4-12 Exp Thres (expiratiedrempel) .........
Configuratie voor gebruik bij een patiënt Bedrijfscondities Uit: De aan/uit-schakelaar staat in de stand OFF Stand-by beademing: De aan/uit-schakelaar staat in de stand ON, maar het beademingsapparaat bevindt zich nog niet in de beademingscondities. Beademing: De aan/uit-schakelaar staat in de stand ON en de gebruiker heeft de knop Start Ventilating (beademing starten) aangeraakt.
Configuratie voor gebruik bij een patiënt d. Optioneel: Gebruik Quick Setup* om nieuwe beademingsinstellingen te kiezen op basis van selecties voor ideaal lichaamsgewicht, modus en patiëntcategorie. e. Controleer of de beademingsparameters, met inbegrip van de instellingen onder Advanced, correct zijn ingesteld. Activeer de knop Non-invasive wanneer u een niet-invasieve patiëntinterface (bijv.
Configuratie voor gebruik bij een patiënt 5. Wanneer de circuitcontrole met goed gevolg voltooid is, meldt het scherm "Passed" (geslaagd) en worden waarden voor Compl Comp (compliantiecompensatie), Insp en Exp Resistance (weerstand inspiratie en expiratie) weergegeven. 6. Als de circuitcontrole niet goed verloopt, meldt het scherm "Failed"...
Configuratie voor gebruik bij een patiënt Expiratieflowsensor, kalibratie Zie afbeelding 4-1. Voor kalibratie van de expiratieflowsensor moet het beademingsapparaat zijn aangesloten op een persluchtbron. Voer een kalibratie van de expiratieflowsensor uit telkens als u de sensor vervangt en altijd als u vermoedt dat de expiratoire volumemeting/bewaking onnauwkeurig is.
Configuratie voor gebruik bij een patiënt O2-sensor (zuurstof), uitschakelen Door uitschakeling van de O -sensor worden de FIO2-bewaking en de FIO2-alarmen uitgeschakeld en wordt op de gegevenssetbalk Basic (basis) een pictogram alarm uitgeschakeld weergegeven in plaats van de bewaakte FIO2-waarde. (Zie afbeelding 4-2.) WAARSCHUWING Als deze functie is uitgeschakeld moet u een extern apparaat gebruiken voor FIO2-bewaking en -alarmen.
Configuratie voor gebruik bij een patiënt Weight Units (gewichtseenheden) Selecteer Lb dan wel kg als maateenheid voor gewicht. Ideal Weight (ideaal gewicht) Voer de waarde voor het ideale patiëntgewicht in, tussen 1 – 999 kg/ 2 – 2202 lb. Het ideale gewicht moet worden ingevoerd voordat u kunt kiezen voor de weergave van expiratoire volumemeetwaarden in mL/lb of mL/kg.
Configuratie voor gebruik bij een patiënt Compl Comp (compliantiecompensatie) Selecteer Compl Comp ON of OFF. Wanneer Compl Comp op ON staat, compenseert het beademingsapparaat tijdens elke volumegestuurde opgelegde ademslag automatisch voor verlies van toegediend volume ten gevolge van de samendrukbaarheid van het beademingscircuit, met gebruik van de compliantiecompensatiefactor die tijdens de meest recente circuitcontrole is gemeten (de factor wordt opgeslagen bij uitschakeling van het apparaat).
Configuratie voor gebruik bij een patiënt OPMERKING: De werking van de modus SPONT is identiek voor VC en PC. OPMERKING: De functie open expiratieklep gaat standaard naar ON als drukgestuurde ademhaling wordt geselecteerd. De indicator ademslagtype/modus boven aan het scherm toont BPRV-XXXX in plaats van PC-XXXX.
Configuratie voor gebruik bij een patiënt OPMERKING: Voer deze procedure uit als het beademingsapparaat is ingesteld op een taal die u niet begrijpt. Lees de hele procedure door voordat u begint. 1. Druk op de knop Setup & Calibration (alle scherm- en GUI- knoppen blijven in alle talen op de oorspronkelijke plaats staan).
Configuratie voor gebruik bij een patiënt OPMERKING: Zie "Opslagfunctie" en "Downloadfunctie" verderop in dit hoofdstuk voor details over het opslaan van scherm- en gebeurtenisgeschiedenisbestanden. Gids beademingsregeling De volgende tabel toont de beademingsparameters die actief zijn in elke modus/elk ademslagtype. X = actief, D = gedimd (niet actief, maar nog wel afstelbaar) Regeldis- play ACMV...
Pagina 73
Configuratie voor gebruik bij een patiënt WAARSCHUWING! Zorg dat instellingen van het beademingsapparaat die niet in gebruik zijn (gedimde displays) op een passende, veilige waarde zijn ingesteld voor het geval zich per ongeluk een verandering van ademslagtype of modus voordoet. OPMERKING: Wanneer stilzetten geactiveerd is, verandert de knop Freeze in Start en zijn alle andere menuknoppen gedimd en buiten werking totdat er op Start wordt gedrukt.
Configuratie voor gebruik bij een patiënt Beademingsinstellingen in gegevensset Advanced Raak de knop voor gegevenssets rechtsonder op de GUI aan om naar de gegevensset Advanced te gaan. Afbeelding 4-3 Opties van gegevensset Advanced Slope/Rise: 1 (langzaamst) – 19 (snelst) of AUTO* (actief voor alle op druk gebaseerde ademslagen).
Pagina 75
Configuratie voor gebruik bij een patiënt In de gegevensset Mechanics worden de plateaudruk, totale PEEP, statische compliantie, inspiratoire en expiratoire weerstand weergegeven. Als met behulp van de manoeuvre geen stabiele statische druk kan worden verkregen (er is patiëntinspanning aanwezig) of als niet wordt voldaan aan andere uitsluitingscriteria, worden de betreffende berekende waarden niet weergegeven.
Configuratie voor gebruik bij een patiënt Afbeelding 4-4 Hoofdscherm met aanduiding van de plaats van de knop START P0.1 Toelichting op omstandigheden P0.1-meetfunctie Nadat de P0.1-meetfunctie is geactiveerd doen zich de volgende omstandigheden voor: • D e beademing gaat door overeenkomstig de gebruikersinstellingen, maar er gaat een periode van 3 minuten in waarbinnen de gebruiker START P0.1 kan aanraken.
Pagina 77
Configuratie voor gebruik bij een patiënt Deze functie wordt ingeschakeld met de knop NIF op het scherm Technical. De NIF-manoeuvre is beschikbaar in alle modi, of niet-invasieve beademing (NIV) nu wel of niet is geactiveerd. Een NIF-manoeuvre uitvoeren Zie uitvouwtekening F-10 voor een voorbeeld van het scherm Technical. 1.
Configuratie voor gebruik bij een patiënt Toelichting op omstandigheden NIF-manoeuvre Nadat de NIF-meting is ingeschakeld doen zich de volgende omstandigheden voor: • D e beademing gaat door overeenkomstig de gebruikersinstellingen, maar er gaat een periode van 3 minuten in waarbinnen de gebruiker de NIF-knop kan aanraken.
Configuratie voor gebruik bij een patiënt Schaal afstellen De schaal afstellen: raak op het GUI-scherm de X- of Y-as aan van de schaal die u wilt aanpassen. Er verschijnt een blauwe indicatiestreep die aangeeft welke parameter is geselecteerd voor schaalverandering. Vergroot of verklein de schaal met de instellingsknop en druk op de knop Accept om de wijziging te bevestigen.
Configuratie voor gebruik bij een patiënt Scherm Event History Raak vanuit het menu Extended Functions de knop Event History aan voor toegang tot het gebeurtenisgeschiedenislog. In dit log worden de 1000 meest recente alarmovertredingen en -instellingen, wijzigingen van beademingsapparaatinstellingen, sensorkalibratieresultaten en in-/uitschakelingen van het apparaat vastgelegd met vermelding van de datum en tijd van elke gebeurtenis.
Configuratie voor gebruik bij een patiënt Als u de knop Numeric aanraakt vanuit het menu Main Screen wordt de volgende informatie weergegeven: Bewaakte gegevens Berekende gegevens Instellingen voor geavanceerde regeling Zie hoofdstuk 8, Specificaties, voor details over de op dit scherm weergegeven gegevens. Zie "Opslagfunctie" en "Downloadfunctie" verderop in dit hoofdstuk voor details over het opslaan van numerieke bestanden.
Configuratie voor gebruik bij een patiënt Gegevenssets Zie afbeelding 4-7. Afbeelding 4-7 Gegevenssets Tijdens beademing kunnen geselecteerde sets gegevens worden weergegeven in de GUI met behulp van de knop voor gegevenssets onder aan het GUI-scherm. Drie verschillende subsets van bewaakte gegevens en één subset met instellingen zijn toegankelijk door de tabs rechtsonder op het scherm aan te raken.
Configuratie voor gebruik bij een patiënt Gegevenssets Basic Mechanics Weaning Advanced (instellingen) Ppeak Time Constant RR Spont Slope/Rise (piekdruk) (spontane adem- halingsfrequentie) PEEP Pplat P0.1 Exp. Thresh (plateau- (expiratiedrem- druk) pel) FiO2 Total PEEP MVE Spont Pause (spontaan uitgeademd minuutvolume) Cstat RSBI Open Exh.
Configuratie voor gebruik bij een patiënt De schermen Waves, Loo ps, Numeric en Extended Functions (zie afbeelding 4-8) Raak de knop Freeze aan. De knoppen Save en Start verschijnen. Raak de knop Save aan om het schermbeeld op te slaan of raak de knop Start aan om het stilzetscherm af te sluiten en het normaal uittekenen van grafieken te hervatten.
Configuratie voor gebruik bij een patiënt NIF-scherm Raak de knop Save aan om een schermbeeld van het huidige scherm op te slaan en tevens de NIF-meetwaarde vast te leggen in de gebeurtenisgeschiedenis. Downloadfunctie Door de knoppen Screen Files en Event History Files op het scherm Technical aan te raken kunnen de opgeslagen afbeeldingen en spreadsheetbestanden worden gedownload naar een externe flashdrive via de USB-poort achterop het beademingsapparaat...
Pagina 86
Configuratie voor gebruik bij een patiënt Afbeelding 4-9 Schermen Screen Files List en Event History Files List (voor downloaden) OPR360U A0509 4-24 OPR360U-NL Rev. A 02-2013...
Alarmen Inleiding Het e360 beademingsapparaat heeft een akoestisch en visueel alarmsysteem om te helpen de veiligheid van de patiënt te waarborgen. In dit hoofdstuk wordt de procedure beschreven voor het instellen van alarmlimieten, worden alle alarmen vermeld en vindt u in tabel 5-1 een Gids alarmmeldingen en oplossingen. Alarmspecificaties vindt u in hoofdstuk 8 van deze handleiding.
Alarmen Deze berichten knipperen terwijl ze actief zijn en worden vervolgens constant weergegeven (vergrendeld) nadat de alarmsituatie is verholpen, totdat de aanduiding wordt gewist met behulp van de knop Reset. Alarmberichten hebben een kleurcode en worden in volgorde van prioriteit weergegeven. Rode berichten betreffen alarmen met hoge prioriteit zoals Low MVE (laag uitgeademd minuutvolume) of High Paw.
Alarmen Alarmschermomgeving GUI Alarminstellingsscherm Zie afbeelding 5-1 of uitvouwtekening F-8. Druk op de menuknop Alarms Screen om het scherm met alarminstellingen in de GUI te openen. Vanaf dit scherm kunt u alle afstelbare alarminstellingen wijzigen, de Alarm History weergeven, Alarm Loudness en Alarm Tones afstellen en met Save het schermbeeld opslaan om het te kunnen downloaden.
Alarmen Afbeelding 5-2 Alarm History Log Het alarmgeschiedenislog opslaan Zie afbeelding 5-2. Raak de knop Save Alarm History aan om het alarm-/ gebeurtenisgeschiedenislog op te slaan als een spreadsheetbestand in de indeling met door komma's gescheiden waarden (.csv). Zie hoofdstuk 4 voor aanwijzingen voor het downloaden van bestanden die in het geheugen zijn opgeslagen.
Alarmen Alarm Tones Zie afbeelding 5-4. Raak de knop Alarm Tones aan om het scherm te openen. Selecteer met de instellingsknop een van drie unieke sets met de geluiden die worden geactiveerd als een alarmlimiet wordt overschreden. Druk op Accept om de wijziging te bevestigen. Afbeelding 5-4 Alarm Tones Alarmschermen afsluiten U kunt elk alarmscherm afsluiten door een willekeurige menuknop op...
Alarmen Functie loskoppeling voor afzuiging Deze functie is bestemd voor gebruik in combinatie met geplande loskoppelingen van het beademingscircuit . De functie mag nooit worden gebruikt bij gesloten afzuiging of in de lijn geïntegreerde afzuiging. Houd de alarmonderdrukkingsknop één seconde lang of langer ingedrukt (of totdat het beademingsapparaat een korte toon laat horen) om de functie loskoppeling voor afzuiging in te schakelen.
Alarmen Gids alarmschendingen en oplossingen De volgende tabel bevat een alfabetische lijst van de alarmen en informatieve berichten. De alarmprioriteit, het type (onderscheid tussen problemen met beademingsapparaat/patiënt), de schendingsmelding of -criteria (waardoor het alarm geactiveerd wordt) en de oplossing (mogelijke corrigerende maatregelen) zijn opgenomen in deze gids.
Pagina 98
Alarmen Alarm of appa- • Prioriteit Beschrijving en/of raatwaarschu- • Type Oplossing criteria wingsbericht • Kleur lampje Controleer de patiënt. Evalueer de instellingen/stel bij naar vereist. Controleer de triggergevoeligheid. Controleer of het beademingscircuit intact is en secuur is aangesloten. De alarmconditie wordt opgeheven wanneer MVE stijgt •...
Pagina 99
Alarmen Alarm of appa- • Prioriteit Beschrijving en/of raatwaarschu- • Type Oplossing criteria wingsbericht • Kleur lampje De flowsen- De flowsensorkabel sorkabel op de moet door een bevoegde flowsensorprint- servicevertegenwoordiger plaat is losge- • Gemiddeld opnieuw worden aangesloten op koppeld van de Check Flow •...
Pagina 100
Alarmen Alarm of appa- • Prioriteit Beschrijving en/of raatwaarschu- • Type Oplossing criteria wingsbericht • Kleur lampje Controleer de patiënt en zorg voor een andere • Hoog beademingsbron. Control CPU • Apparaatwaar- Storing van Failed schuwing regel-CPU Neem contact op •...
Pagina 101
Alarmen Alarm of appa- • Prioriteit Beschrijving en/of raatwaarschu- • Type Oplossing criteria wingsbericht • Kleur lampje Controleer de patiënt en zorg voor een andere Storing van beade- beademingsbron. Device Alert mingsapparaat. (Als bericht- Wordt ook Als het alarm het gevolg is weergave geactiveerd als er van een batterijstoring, sluit u...
Pagina 102
Alarmen Alarm of appa- • Prioriteit Beschrijving en/of raatwaarschu- • Type Oplossing criteria wingsbericht • Kleur lampje Controleer of de gasbronnen en aansluitingen goed zijn aangesloten en werken. De gemeten FiO2 Controleer of de zuurstofbron ligt gedurende 100% zuurstof toevoert. 30 seconden meer dan 0,07 boven de Kalibreer de O...
Pagina 103
Alarmen Alarm of appa- • Prioriteit Beschrijving en/of raatwaarschu- • Type Oplossing criteria wingsbericht • Kleur lampje Sensor Controleer de aansluiting van losgekoppeld van de flowsensor en kalibreer hem kabel. opnieuw. • Hoog Het beademingsap- Reinig of vervang de sensor en Flow Sensor •...
Pagina 104
Alarmen Alarm of appa- • Prioriteit Beschrijving en/of raatwaarschu- • Type Oplossing criteria wingsbericht • Kleur lampje Bij een schending Controleer of de expiratieklep van de alarmlimiet naar behoren werkt. High Paw wordt de Evalueer de instellingen van het huidige ademslag beademingsapparaat en pas ze •...
Pagina 105
Alarmen Alarm of appa- • Prioriteit Beschrijving en/of raatwaarschu- • Type Oplossing criteria wingsbericht • Kleur lampje Instellingen be- ademingsapparaat resulteren Evalueer de instellingen Tidal in een inspira- • Gemiddeld Volume, Flow, Respiratory Rate, tieduur langer Insp Time Too • Beademingsap- Inspiratory Time dan 5 seconden, Long...
Pagina 106
Alarmen Alarm of appa- • Prioriteit Beschrijving en/of raatwaarschu- • Type Oplossing criteria wingsbericht • Kleur lampje Sluit het beademingsapparaat aan op een netstroombron zodat de interne batterij kan worden opgeladen. OPMERKING: Het beademingsapparaat blijft Bedrijfscapaciteit normaal werken totdat de batterij •...
Pagina 107
Alarmen Alarm of appa- • Prioriteit Beschrijving en/of raatwaarschu- • Type Oplossing criteria wingsbericht • Kleur lampje Het ingestelde Stel de alarmlimiet in op Low Paw Below alarmniveau Low Informatief bericht een hogere waarde dan het PEEP Paw is lager dan de ingestelde PEEP-niveau.
Pagina 108
Alarmen Alarm of appa- • Prioriteit Beschrijving en/of raatwaarschu- • Type Oplossing criteria wingsbericht • Kleur lampje Storing regelcom- municatie Controleer de patiënt De monitorproces- en zorg voor een andere • Hoog sor reageert niet op beademingsbron. Monitor uP • Apparaatwaar- een verzoek Failed schuwing...
Pagina 109
Alarmen Alarm of appa- • Prioriteit Beschrijving en/of raatwaarschu- • Type Oplossing criteria wingsbericht • Kleur lampje Controleer of de zuurstoftoevoer is aangesloten en een druk > 30 psig levert bij de inlaat van het beademingsapparaat, met name tijdens inspiratie. De inlaatdruk van •...
Pagina 110
Alarmen Alarm of appa- • Prioriteit Beschrijving en/of raatwaarschu- • Type Oplossing criteria wingsbericht • Kleur lampje De bewaakte PEEP-druk is bij Ped/Infant langer dan 6 seconden en bij Adult langer Controleer de circuitslangen op dan 10 seconden occlusies en/of vloeistoffen. ≥...
Pagina 111
Alarmen Alarm of appa- • Prioriteit Beschrijving en/of raatwaarschu- • Type Oplossing criteria wingsbericht • Kleur lampje Controleer de toestand van de patiënt om te zien of het probleem kan worden Bij het verholpen. ademslagtype Volume Target Factoren die aanleiding kunnen Pressure Control geven tot het alarm: agitatie, of Volume Target...
Reiniging en onderhoud Inleiding Om een correcte werking van het beademingsapparaat te waarborgen en het risico van kruisbesmetting tot een minimum te beperken moeten de volgende reinigings- en onderhoudsprocedures volgens het aanbevolen schema worden uitgevoerd. Alle procedures moeten worden aangepast aan de regels en procedures van uw instelling. Alle medewerkers moeten zich houden aan voorzorgsmaatregelen ter beperking van het risico van verspreiding van infecties bij het demonteren, reinigen en uitvoeren van onderhoudsprocedures aan...
Reiniging en onderhoud vaak te worden gereinigd, gaat de flowsensor langer mee, wordt het risico van kruisbesmetting tussen patiënten verkleind, wordt het risico van overdracht van infecties op medewerkers verkleind en wordt de expiratieweerstand tot een minimum beperkt. OPMERKING: Elke procedure waarbij vocht wordt toegevoegd aan het uitgeademde gas leidt ertoe dat het filter op de From Patient- poort sneller nat wordt en vaker vervangen moet worden.
Reiniging en onderhoud Afbeelding 6-1 Ventilatorfilter Expiratieverdeelstuk Expiratieflowsensor en kabel Het volgende diagram en de aanwijzingen hebben betrekking op de verwijdering en installatie van de expiratieflowsensor. 1. Open het voorpaneelklepje linksonder op de voorkant van het beademingsapparaat voor toegang tot de expiratieklep en de flowsensor.
Pagina 120
Reiniging en onderhoud 1. Expiratieklep Flowsensor (verwijderd) Afbeelding 6-3 Flowsensor verwijderen 3. Koppel de flowsensorkabel los van het kunststof huis van de sensor door de kabel recht naar buiten te trekken. Niet verdraaien. 4. De kabel weer aansluiten op het sensorhuis: zet de inkeping in de kabelstekker zorgvuldig in lijn met het uitsteeksel in de aansluiting op het sensorhuis.
Reiniging en onderhoud Expiratieklep Het volgende diagram en de aanwijzingen hebben betrekking op de verwijdering en installatie van de expiratieklep. 1. Open het voorpaneelklepje voor toegang tot de expiratieklep. 2. Verwijder de expiratieklep door de pal boven aan het paneel los te halen en de klep bij het beademingsapparaat vandaan te trekken.
Pagina 122
Reiniging en onderhoud 1. Expiratieklep-huis 2. Membraanschotelstuk 3. Expiratieklep-dop 4. Borgring Afbeelding 6-6 Montage expiratieklep Let op Het is van cruciaal belang dat de verschillende onderdelen in de juiste stand staan. Als de expiratieklep niet op de juiste wijze in elkaar wordt gezet, ontstaat er lekkage in het expiratiesysteem.
Reiniging en onderhoud 7. Voor het weer monteren en installeren van de klep draait u deze stappen om, waarbij u oplet dat u de geleidepin op de klepdop uitlijnt met de sleuf in het klephuis. Zie afbeelding 6-7. Inspiratieverdeelstuk Het volgende diagram en de aanwijzingen hebben betrekking op de verwijdering en installatie van het inspiratieverdeelstuk.
Reiniging en onderhoud Zekeringen Het volgende diagram en de aanwijzingen hebben betrekking op de verwijdering en installatie van zekeringen. De zekeringen bevinden zich boven in de netstroomvoedingsmodule aan de achterkant van de e360. 1. Zet de aan/uit-schakelaar in de stand OFF en koppel het beademingsapparaat los van netstroom en gasaansluitingen.
Reiniging en onderhoud 1. Voorpaneelgedeelte 2. O -sensorkabel 3. O -sensor Afbeelding 6-11 Paneelgedeelte verwijderen 5. Voor het installeren van een nieuwe sensor draait u deze stappen om. 6. Kalibreer de sensor volgens de aanwijzingen in hoofdstuk 4. Reiniging Definitie van reinigen: Het verwijderen van al het vreemde materiaal (bijvoorbeeld vuil of organisch materiaal) van een voorwerp.
Reiniging en onderhoud OPMERKING: Houd u aan de reinigings- en sterilisatie-instructies van de fabrikant van elke component en tevens aan de voorschriften van uw instelling. Sterilisatie in autoclaaf: 1. Reinigen/inspecteren 2. Steriliseren 3. Drogen 4. In elkaar zetten 5. Voer na installatie een circuitcontrole en een zuurstofsensorkalibratie uit op het volledig in elkaar gezette beademingscircuit.
Pagina 127
Reiniging en onderhoud Onderdeel/ accessoire Aanvullende Reinigings- en sterilisatiemethoden beademingsap- informatie paraat Ventilatorfilter e360 Was het filter in een mild zeepsop, Vervangen als het spoel het goed af en laat het drogen beschadigd is. aan de lucht. Inspiratiefilter Voor gebruik bij één patiënt: Vervangen bij het weggooien.
Reiniging en onderhoud Gids voor preventief onderhoud LET OP: Voer preventief onderhoud uit en vervang onderdelen na het aanbevolen interval om beschadiging van onderdelen door overmatige slijtage te voorkomen. Tabel 6-2 Onderdeel Frequentie beademings- Aanbevolen onderhoud apparaat Meerdere Vervangen bij het opzetten voor elke patiënt en malen per dag sneller als de expiratieweerstand door het filter of volgens de...
Pagina 129
Reiniging en onderhoud Onderdeel Frequentie beademings- Aanbevolen onderhoud apparaat Als de sensor niet kan worden gekalibreerd, ook nadat hij gereinigd en gesteriliseerd is, voert u de sensor af conform de plaatselijke voorschriften en brengt u een nieuwe sensor aan. Reinigen/steriliseren: Als er geen expiratiefilter wordt gebruikt: reinigen en steriliseren tussen twee patiënten door en ook als hij niet goed werkt of zichtbaar...
Reiniging en onderhoud Het beademingsapparaat opslaan Let op Koppel de gastoevoeren los van het beademingsapparaat als het wordt opgeslagen of langere tijd niet gebruikt wordt. Let op Om de interne batterij volledig functioneel te houden moet de batterij ten minste elke 2 maanden worden opgeladen wanneer het beademingsapparaat niet gebruikt wordt.
Pagina 131
Hoofdstuk 7: itleg van modi, ademslagtypen en speciale functies...
Pagina 133
Hoofdstuk 7: itleg van modi, ademslagtypen en speciale functies Inleiding ................7-1 Instellingsfuncties ..............7-1 Tijdsbegrenzingen van beademingsregelingen ..7-1 Opslag van instellingen ..........7-1 Regelbereik ..............7-1 Typen opgelegde ademslag ..........7-1 Volumesturing ............. 7-2 Druksturing ..............7-3 Biphasic Pressure Release Ventilation ..... 7-3 Targetvolume-drukregeling ........
Uitleg van modi, ademslagtypen en speciale functies Inleiding De e360 biedt een uitgebreid spectrum aan ademslagtypen en modi. In dit hoofdstuk worden alle vormen van opgelegde en spontane ademslag beschreven die beschikbaar zijn binnen dit spectrum, evenals de werking van speciale functies. Instellingsfuncties Tijdsbegrenzingen van beademingsregelingen In de modi A/CMV, SIMV en SPONT begrenst het beademingsapparaat...
Uitleg van modi, ademslagtypen en speciale functies Type Selectie op Selectie Selectie opgelegde bedieningspa- Advanced - Advanced - ademslag neel Open Exhalation Volume Target Volume- Volume Control Niet beschikbaar sturing Druksturing Pressure Control Targetvolume- Volume Control drukregeling of Pressure (VPTC) Control Biphasic Pressure...
Uitleg van modi, ademslagtypen en speciale functies INSP Flow Afbeelding 7-1B Geleidelijk aflopende flowcurve bij VC-beademing Druksturing Drukgestuurde beademing biedt volgens een tijdcyclus verlopende opgelegde ademslagen met drukbegrenzing. De inspiratoire Pressure Limit en t Insp (inspiratieduur) zijn ingestelde parameters, terwijl het teugvolume en de flow bewegingsvrijheid hebben teneinde de ingestelde parameters te verwezenlijken.
Uitleg van modi, ademslagtypen en speciale functies Targetvolume (Volume Target Pressure Control - VTPC)* Targetvolume-drukregeling is een hybride drukgestuurd ademslagtype waarbij het beademingsapparaat een door de gebruiker ingesteld teugvolume probeert te bereiken (targetvolume) met gebruik van een zo laag mogelijk druksturingsniveau. Dit lijkt sterk op drukgestuurde opgelegde ademslagen, behalve dat het druksturingsniveau bij elke ademslag afzonderlijk door het beademingsapparaat wordt bijgestuurd in stappen van ten hoogste 3 cmH...
Uitleg van modi, ademslagtypen en speciale functies beademingsapparaat wordt getriggerd, dient de e360 ademslagen toe met een constante druk van PEEP/CPAP + Pressure Support. De ademslagen worden toegediend volgens de door de gebruiker geselecteerde instellingen voor Pressure Support, Slope/Rise en PEEP/CPAP.
Uitleg van modi, ademslagtypen en speciale functies spontane ademslagen van de patiënt in de modi SPONT en SIMV van Volume Targeted Pressure Control voert het beademingsapparaat ademslagen met constante druk in het beademingscircuit uit, met een druk gelijk aan een door het beademingsapparaat geselecteerd niveau tussen PEEP/CPAP + 5 cmH O/mbar en de druklimiet, totdat een van de drie drempels voor cyclus 'uit' wordt bereikt.
Uitleg van modi, ademslagtypen en speciale functies A/CMV Ademslaginterval Ademslaginterval verstreken gereset Tijd A: Tijd-getriggerde opgelegde ademslag B: Patiënt-getriggerde opgelegde ademslag Afbeelding 7-3 In A/CMV worden alle aan de patiënt toegediende ademslagen toegediend overeenkomstig de door de gebruiker ingestelde parameters. Deze worden opgelegde ademslagen genoemd. De gebruiker kan kiezen uit Pressure Control, Volume Control, Biphasic Pressure Release* of Volume Target Pressure Control* voor de opgelegde ademslagen.
Uitleg van modi, ademslagtypen en speciale functies In SIMV kunnen opgelegde en spontane ademslagen worden toegevoerd naar de patiënt. De gebruiker kan kiezen uit Pressure Control, Volume Control, Biphasic Pressure Release* of Volume Target Pressure Control* voor de opgelegde ademslagen. Opgelegde ademslagen kunnen op basis van tijd of door de patiënt worden getriggerd. In Volume Control, Pressure Control of Biphasic Pressure Release* kan de gebruiker kiezen voor Pressure Support ter ondersteuning van de spontane ademslagen.
Uitleg van modi, ademslagtypen en speciale functies Geavanceerde kenmerken en speciale functies Biasflow Wanneer de e360 zich in de conditie stand-by of beademing bevindt, levert hij een biasflow van 3 l/min gemengd gas (als zowel de lucht- als de zuurstoftoevoer is aangesloten) gedurende de expiratieperiode.
Uitleg van modi, ademslagtypen en speciale functies Expiratiedrempel en FlexCycle (automatische expiratiedrempelregeling) Expiratory Threshold (expiratiedrempel) is de term die wordt gebruikt om de flowdrempel voor cyclus 'uit' te beschrijven voor Pressure Support- en Volume Target Pressure Support*-ademslagen. Expiratory Threshold wordt uitgedrukt als een percentage (%) van de piekflow. De gebruiker kan voor de Expiratory Threshold een waarde tussen 5 en 55% van de piekflow kiezen. Deze functie is toegankelijk via de gegevensset Advanced onder aan het GUI-scherm.
Uitleg van modi, ademslagtypen en speciale functies De onder VT en VT weergegeven waarden zien er niet anders uit met Compl Comp ON dan wel OFF, ook al zijn de bewaakte VT en VT -waarden anders. De daadwerkelijk toegediende/bewaakte waarden zijn groter bij Compl Comp ON. Maar dat ziet u niet aan de weergegeven waarde.
Pagina 146
Uitleg van modi, ademslagtypen en speciale functies OPMERKING: Om de kans op auto-triggering ten gevolge van lekkage tot een minimum te beperken raadt Newport Medical aan om druk-triggering te gebruiken (beginnen bij 2 cmH O/mbar voor Adult en 1 cmH O/mbar voor Ped/Infant) wanneer de e360 wordt gebruikt voor niet-invasieve beademing met een masker.
Specificaties Alarmen, regelingen, bewaakte gegevens, configuratie en kalibratie Tabel 8-1 Plaats en/of Bereik en resolutie of Item functie beschrijving Het lampje Internal Battery op het bedieningspaneel brandt en om de vijf minuten klinkt een akoestisch signaal om aan te geven dat het beademingsapparaat op stroom Aanduidingen Bedieningspaneel...
Pagina 152
Specificaties Plaats en/of Bereik en resolutie of Item functie beschrijving Als de huidige modus A/CMV of SIMV is, worden voor back-upbeademing de actuele bedieningspaneelinstellingen gebruikt, met uitzondering van de Respiratory Rate, die wordt verhoogd tot 1,5 maal de actuele instelling (minimaal 15 ademsl./min, maximaal 100 ademsl./min).
Pagina 153
Specificaties Plaats en/of Bereik en resolutie of Item functie beschrijving Bereik: Heated Expiratory Limb, Heated Inspiratory Limb, Heat Moisture Exchanger (HME) en Test Lung. 1. Heated Exp. Limb = verwarmde bevochtiger met beademingscircuit met verwarmingsdraad. 2. Heated Insp. Limb = verwarmde bevochtiger zonder verwarmingsdraden in het circuit of alleen een verwarmings- draad in de inspiratietak van het beade-...
Pagina 154
Specificaties Plaats en/of Bereik en resolutie of Item functie beschrijving Het lampje op het bedieningspaneel gaat branden (zo mogelijk). Niet-onderdrukbaar akoestisch alarm gaat af als er een storing van het beademingsapparaat is (berichten in verband met een Bedieningspaneel - apparaatwaarschuwing worden Device Alert Alarmen - Niet- beschreven in hoofdstuk 5).
Pagina 155
Expiratory GUI - Gegevensset 'uit' voor Pressure Support- en Volume Threshold Advanced Target Pressure Support-ademslagen. *Auto-optie is niet beschikbaar op model e360S. Weergegeven bereik: 0,21 tot 1,00 (resolutie 0,01) GUI - Bewaakte FIO2 (bewaakt) Nauwkeurigheid: ±0,03 ('—-' wordt gegevens weergegeven als de sensor is...
Pagina 156
GUI - Alarmen – Bereik: High RRtot Afstelbaar e360S & E: 10 – 150 ademsl./min of OFF e360P: 10 – 120 ademsl./min of OFF Nauwkeurigheid: ±3% of +2 ademsl./ min, afhankelijk van welke waarde het OPR360U A0509 grootst is...
Pagina 157
Specificaties Plaats en/of Bereik en resolutie of Item functie beschrijving Weergegeven bereik: GUI - Bewaakte 99:1 tot 10:1 (resolutie 1) I:E Ratio (bewaakt) gegevens 9,9:1 tot 1:9,9 (resolutie 0,1) 1:10 tot 1:99 (resolutie 1) GUI - Patiëntcon- Ideal Body Weight figuratie en Bereik: 2 –...
Pagina 158
Specificaties Plaats en/of Bereik en resolutie of Item functie beschrijving Bereik: ON of OFF ON = 3 – 8 l/min voor patiëntselectie Ped/Infant 3 – 15 l/min voor patiëntselectie Adult Leak Comp GUI - Patiëntcon- OFF = 3 l/min ongeacht lekkage/geen (lekcompensatie) figuratie lekkage...
Pagina 159
Specificaties Plaats en/of Bereik en resolutie of Item functie beschrijving Low Paw GUI - Informatief De actuele alarminstelling Low Paw is Below PEEP bericht lager dan de instelling van PEEP. Brandt wanneer het Mains Bedieningspaneel beademingsapparaat netstroom ontvangt. Bereik: tot 5 seconden Levert een handmatige insufflatie terwijl de knop ingedrukt wordt gehouden.
Pagina 160
Specificaties Plaats en/of Bereik en resolutie of Item functie beschrijving Bereik: ON (lampje brandt) of OFF Beschikbaar in alle modi en bij alle ademslagtypen. Lekcompensatie wordt Non-Invasive Bedieningspaneel automatisch bijgesteld tot maximaal 25 l/min wanneer Non Invasive is ingesteld op ON. Op het scherm Numeric worden alle bewaakte parameters weergegeven op één scherm, inclusief de Advanced-...
Pagina 161
Specificaties Plaats en/of Bereik en resolutie of Item functie beschrijving Bereik: Ped/Infant (pediatrisch/neonataal) Adult (een pictogram in de linkerbo- venhoek van de GUI geeft aan welke categorie is geselecteerd). Patiënt- GUI - Patiëntcon- OPMERKING: De instellingsbereiken categorie figuratie voor parameters en alarmen van het beademingsapparaat veranderen afhankelijk van de geselecteerde patiëntcategorie.
Pagina 162
Specificaties Plaats en/of Bereik en resolutie of Item functie beschrijving Weergegeven bereik: 0 tot 140 cmH mbar (resolutie 0,1 cmH O/mbar) Nauwkeurigheid: ±3% of ±2 cmH mbar, afhankelijk van welke waarde het grootst is GUI - Bewaakte Pplat gegevens OPMERKING: Geeft een numerieke waarde met tijdsaanduiding (voor maximaal 24 uur) weer na een geldige Insp Hold-manoeuvre of na een Pause...
Pagina 163
Specificaties Plaats en/of Bereik en resolutie of Item functie beschrijving • Bereik Altitude: 0 tot 4000 meter (0 tot 13.124 foot) Regional GUI - Technisch • Bereik Pressure Units: mbar of cmH • Language: selecteer uit de beschikbare talen voor GUI-tekst. Hiermee wist u visuele aanduidingen Reset (van alarmen) Bedieningspaneel...
Pagina 164
Pressure Support, Volume Targeted Pressure Control*, BPRV en Volume Targeted Pressure Support*. *Auto-optie niet beschikbaar op model e360S. De bewaakte Pbase-druk van het circuit is bij Ped/Infant-patiënt langer dan 6 seconden en bij Adult-patiënt langer dan 10 seconden > 8 cmH mbar boven de ingestelde PEEP/CPAP geweest.
Pagina 165
Specificaties Plaats en/of Bereik en resolutie of Item functie beschrijving Bereik: Ped/Infant: 0,10 tot 3,00 seconden Bedieningspaneel (resolutie 0,01 seconde) Adult: 0,10 tot 5,00 seconden (resolutie 0,01 seconde) t Insp Nauwkeurigheid: ±0,05 seconde (inspiratieduur) Weergegeven bereik: 0 tot 9,99 seconden (resolutie 0,01 seconde) GUI - Bewaakte Nauwkeurigheid: ±0,05 seconde gegevens...
Pagina 166
Specificaties Plaats en/of Bereik en resolutie of Item functie beschrijving P (trigger-gevoeligheid druk): Bereik: 0,0 tot -5,0 cmH O/mbar (resolutie 0,1 cmH O/mbar) Nauwkeurigheid: ±10%. Flow (trigger-gevoeligheid) Trigger Bereik: [druk op de knop Ped/Infant: 0,1 tot 2,0 l/min (resolutie Trig boven de Bedieningspaneel 0,1 l/min) weergave om...
Pagina 167
Specificaties Plaats en/of Bereik en resolutie of Item functie beschrijving Weergegeven bereik: 0 tot 100% (resolutie: 1%) GUI - Bewaakte VTE % Var Nauwkeurigheid: +10% gegevens Percentage verschil tussen inspiratoir- en expiratoir teugvolume. Weergegeven bereik: 0 tot 3000 ml (resolutie 1 ml) Nauwkeurigheid: voor ingesteld VTE (ml) teugvolume...
Pagina 168
Specificaties Tabel Quick Setup* Wijzigingen van de regeling toegepast tijdens 'Implement Quick Setup' OPMERKING: Een regeling kan niet worden ingesteld buiten het voor de ingestelde patiëntcategorie geldende bereik. *niet beschikbaar op model S. Tabel: 8-2 Ademslagtype VTPC FIO2 0,60 0,60 0,60 <...
Pagina 169
Specificaties Ademslagtype VTPC Pause Ø Ø Ø Sigh Communication Voorgaande Voorgaande Voorgaande Protocol instelling instelling instelling Voorgaande Voorgaande Voorgaande Circuit Type instelling instelling instelling Alle overige Voorgaande Voorgaande Voorgaande instellingen instelling instelling instelling Alarm High Paw Alarm Low Paw < 5 kg = 0,64 x <...
Specificaties Fysieke specificaties Tabel 8-3 Beschrijving Ingangswisselstroombereik: 100 tot 240 VAC, maximaal 250 VA, 50/60 Hz (±10%), 2 A voor 125 VAC, 1 A voor 250 VAC Interne batterij: de volledig opgeladen batterij kan ongeveer één (1) uur volledige werking van het beademingsapparaat ondersteunen bij de volgende standaardinstellingen: Adult, VC/SIMV, VT 500, FiO2 0,30, Insp Time 1,0 s, Resp Rate 15, PS 0, PEEP +5,...
Pagina 171
Specificaties Beschrijving Tijdens bedrijf: Temperatuur: 5 tot 40 ºC Relatieve luchtvochtigheid: 10 tot 95% zonder condensvorming Hoogte: 0 tot 4000 meter (0 tot 13.124 foot) Druk: 700 tot 1060 hPa (21 tot 31 in Hg) Omgevings- Tijdens opslag: vereisten Omgevingstemperatuur: -20 tot 60 ºC (-68 tot 140 ºF) Relatieve luchtvochtigheid: <...
Bestelgegevens Optionele accessoires e360: CRT360A Aangepast rolstatief voor e360 met 5 grote Alarmonderdrukking rubberen wielen (2 vergrendelbare remmen) Reset FPD2125A 15 inch Flat Panel-beeldscherm, voor medisch gebruik, met scharnierende steunarm, standaardnetsnoer Netstroom/batterij wordt geladen FPD2125A-IN 15 inch Flat Panel-beeldscherm, voor medisch gebruik, met scharnierende steunarm, internationaal netsnoer Int.