Afbeelding 1.25 – Generatie van alarmtabel, voorbeeld 2
1.3.4 De schermen "Settings 1" (Instellingen 1) en "Settings 2"
(Instellingen 2)
WAARSCHUWING
Voor de patiëntveiligheid wordt het sterk aanbevolen het alarm niet volledig uit
te schakelen. Dit kan leiden tot het wegvallen van een alarmsituatie en letsel tot
gevolg hebben bij de patiënt of schade aan het apparaat.
LET OP
De interne klok blijft werken, zelfs als het apparaat is uitgeschakeld. Als het
apparaat echter gedurende langere tijd in de uit-modus wordt opgeslagen of
als de batterij leeg is, kunnen de datum en tijd worden teruggezet naar de
fabrieksinstellingen (01/01/2000 01:01:01). Als dit gebeurt schakelt u het
apparaat in en stelt u de datum en tijd opnieuw in.
De schermen "Settings 1" (Instellingen 1) en "Settings 2" (Instellingen 2) zijn bedoeld
voor het instellen van de vereiste parameters en het wijzigen van het weergegeven
gegevenstype en de schaal. Druk op het tabblad "Settings" (Instellingen) (1 en 2) om het
scherm «Settings 1» (Instellingen 1) te openen. De bijbehorende informatie volgens
Afbeelding 1.26 verschijnt op het scherm.
De parameters die beschikbaar zijn voor wijzigingen in het scherm «Settings 1»
(Instellingen 1) zijn verdeeld in twee typen: aanpasbare parameters en schakelbare
parameters.
Aanpasbare parameters: FiCO
BESCHRIJVING VAN HET APPARAAT
bovengrens, EtCO
2
bovengrens, EtCO
2
bovengrens,
2
45