Stappenmotor-Membraandoseerpomp MEMDOS SMART LP
11.1.3 Doseerpomp Kalibreren
In afhankelijkheid van het ingezette doseermedium en de heersende
vloeistofdruk zijn de theoretische en de werkelijk gemeten capaciteit op
elkaar af te stemmen. Daarvoor dient de functie Kalibreren.
Actie vereist:
De delen van de installatie aan de perszijde van de doseerpomp
worden correct aangesloten en zijn bedrijfsklaar.
Voer de volgende stappen uit:
Vul een meetvat met volume-maatstrepen waaruit verpompt wordt
1.
met de te doseren vloeistof.
Houdt het einde van de zuigleiding van de doseerpomp in dit vat.
2.
Ontlucht de doseerpomp (zie „Doseerpomp ontluchten" op
3.
pagina 43).
Druk Menu.
4.
Kies met
of
het menupunt
5.
De doseerpomp geeft het menu 5
5
Kalibreren
Capaciteit 100 %
Menu
Start
-
+
Afb. 11-3: Menu 5 Kalibreren
Stel met + en - de procentuele waarde van de capaciteit in
6.
waarmee de kalibratie doorgevoerd gaat worden. Instelbereik 10 %
– 100 %.
Druk Start.
7.
De doseerpomp begint te pompen en geeft het aantal gemaakte
slagen aan.
Druk Gereed, zodra een goed meetbare waarde in het meetvat
8.
bereikt wordt.
De doseerpomp stopt en geeft de theoretische waarde van de
vloeistofopbrengst in ml aan.
5.3
Kalibreren
Capaciteit 5.67ml
Fabrieksinstelling +0.0%
Menu
OK
-
+
Afb. 11-4: Menu 5.3 Kalibreren
Lees de werkelijke hoeveelheid af op het meetvat en corrigeer met
9.
+ en - de aangegeven capaciteit. Instelbereik: -50 % – +50 %.
Druk OK.
10.
Doseerpomp gekalibreerd.
11.2 Bedrijfsvormen
De doseerpomp biedt de volgende bedrijfsvormen MEMDOS SMART LP:
- Manuele instelling van de capaciteit,
Handbediening
- Aansturing van de capaciteit over een 0/4 – 20
Analoge ingang
mA signaal,
Bedrijfsvoering
44
Bedrijfsvormen
en druk OK.
Kalibreren
aan.
Kalibreren
- Aansturing van de slagfrequentie en aantal
Impulsingang
slagen in afhankelijkheid van het aantal impulsen en de impulsaf-
stand.
- Aansturing van de capaciteit en prestatie via hand-
Batchfunctie
matig starten, een externe impuls, in intervallen of tot vastgelegde
tijdstippen in de verschillende bedrijfsmodussen.
(alleen MEMDOS SMART LP-Net) - Aansturing
Netwerkfunctie
van de slagfrequentie en het aantal slagen via een netwerk.
11.2.1 Handbediening
Gevaar van automatisch inschakelen!
Als de doseerpomp op handbediening staat met een ingegeven
slagfrequentie zal deze ook na het wegnemen van de voedings-
spanning en het weer herstellen ervan, deze slagfrequentie behou-
den. Daardoor kan dit leiden tot uittredende vloeistof. Afhankelijk
van de soort en het gevaar van het doseermedium kan dit verwon-
dingen tot gevolg hebben.
Stop de doseerpomp alvorens deze van de voedingsspanning te
scheiden.
Stel daarbij vast dat de doseerpomp naar behoren geïnstalleerd
wordt voor de spanning te herstellen.
11.2.1.1 Bedrijfsmodus kiezen
Druk Menu.
1.
Kies met
of
het menupunt
2.
Kies met
of
het menupunt
3.
De doseerpomp geeft de startweergave van de bedrijfsvorm
Handbediening
Handbediening
0,00
Liter
Uur
0%
Menu
-
+
Stop
Afb. 11-5: Startweergave Handbediening
11.2.1.2 Doseerpomp starten
Druk +, om de slagfrequentie vanaf 0,5 % met 0,1 % te verhogen.
1.
De doseerpomp begint te doseren. De resulterende capaciteit
wordt automatisch berekend en op het display weergegeven.
Na het starten, voert de doseerpomp de eerste slag met
kleine hoeveelheden onder vertraagde omstandigheden uit.
Dit is geen storing.
Stel met + en - de gewenste slagfrequentie in.
2.
Doseerpomp gestart.
BA-10101-05-V04
Bedieningsvoorschrift
VOORZICHTIG
en druk OK.
Bedr.-modus
en druk OK.
Handbediening
aan.
© Lutz-Jesco GmbH 2016