11. Aansluiten op andere apparatuur
Afdrukinstellingen
∫
Selecteer de items zowel op het scherm in stap
uitprinten" en in stap
ze in.
[Print met dat.]
[Aantal prints]
[Papierafmeting]
[Lay-out pagina]
• Wanneer u beelden wilt afdrukken op een papierformaat of met een opmaak die niet verwerkt
worden door het toestel, stelt u [Papierafmeting] of [Lay-out pagina] in op [{] en stelt u
vervolgens het papierformaat of de opmaak in op de printer.
(Voor details de handleiding van de printer raadplegen.)
• Als de printer geen datum afdrukt, kan de datum niet op de foto afgedrukt worden.
• Afhankelijk van de printer kunnen de afdrukinstellingen van de datum van de printer voorrang
krijgen, dus controleer dit als dat het geval is.
• De camera ontvangt een foutbericht van de printer als de aanduiding [¥] geel brandt tijdens
het afdrukken. Controleer nadat het printen klaar is of er geen problemen met de printer zijn.
• Als het aantal afdrukken groot is, kunnen de beelden in verschillende keren afgedrukt worden.
In dit geval kan het resterende aantal afdrukken dat aangegeven wordt verschillen van het
ingestelde aantal.
• Alle beelden die in JPEG-formaat opgenomen zijn, kunnen afgedrukt worden. De beelden in
RAW zullen gebruik maken van de JPEG-beelden die gelijktijdig gecreëerd werden. Als een
equivalent JPEG-beeld niet beschikbaar is, zal het afdrukken niet plaatsvinden.
3
van de procedure "Meerdere beelden kiezen en uitprinten" en stel
Stelt de datumafdruk in.
Stelt het aantal af te drukken beelden in (tot 999 beelden).
Stelt het papierformaat in.
Stelt in of al dan niet randen toegevoegd moeten worden en hoeveel
beelden op ieder vel papier afgedrukt worden.
2
van de procedure "Een beeld kiezen en
308