7
Bluetooth®-communicatie en FLIR Tools™
Figuur 7.3 Overgebrachte opnamen weergeven op een mobiel apparaat
7.5 FCC-naleving
Dit apparaat voldoet aan deel 15 van de FCC-regelgeving. De werking is on-
derhevig aan de volgende twee voorwaarden:
1. Dit apparaat mag geen schadelijke interferentie veroorzaken.
2. Dit apparaat moet alle ontvangen interferentie accepteren, ook interferentie
die ongewenst functioneren kan veroorzaken.
Deze apparatuur is getest en voldoet aan de limieten voor een digitaal appa-
raat van klasse B, overeenkomstig deel 15 van de FCC-regelgeving. Deze li-
mieten zijn vastgesteld om een redelijke bescherming te bieden tegen
schadelijke interferentie bij installatie in een woonomgeving. Deze apparatuur
genereert en gebruikt radiofrequentie-energie en kan deze uitstralen. Als de
apparatuur niet overeenkomstig de instructies wordt geïnstalleerd en gebruikt,
kan er schadelijke interferentie van radio-ontvangst ontstaan. Er is echter
geen garantie dat er geen interferentie zal optreden in een bepaalde installa-
tie. Als deze apparatuur schadelijke interferentie veroorzaakt bij radio- of tele-
visieontvangst, wat kan worden vastgesteld door de apparatuur uit en weer in
te schakelen, wordt de gebruiker aangeraden om te proberen deze interferen-
tie weg te nemen door een of meer van de volgende maatregelen te nemen:
1. Verander de richting of de plaats van de ontvangstantenne
2. Vergroot de afstand tussen de apparatuur en de ontvanger
3. Sluit de apparatuur aan op een uitgang in een andere kring dan die waarop
de ontvanger is aangesloten
26
#NAS100014; r. AK/74542/74592; nl-NL